Aan het einde van het jaar is het aan mij om namens het topteam van Gaykrant terug te kijken. Alweer een jaar voorbij. Het leven gaat door. Dingen gaan voorbij. Hokjes komen en hokjes worden afgeschaft. En dat is goed. Vanuit mijn perspectief als hoofdredacteur kan ik zeggen dat het een enerverend jaar is geweest!
Op 17 januari van dit jaar zat ik bijvoorbeeld op de perstribune van de Eerste Kamer. Daar werd die dag gestemd over de aanpassing van artikel 1 van de grondwet. Handicap en seksuele gerichtheid stonden op het punt om daar expliciet in vernoemd te worden. Ik had m’n laptop op schoot en een Excel bestand open, met daarin de namen van alle senatoren. Er waren er een aantal ziek…
Maar zowel ik als Astrid Oosenbrug, de voorzitter van COC Nederland die schuin tegenover me zat, wisten hoeveel ja-stemmers er moesten zijn. We hadden een optelsom gemaakt en wisten dat we het in principe zouden moeten halen. In principe, want dankzij een last minute ego-spelletje in december van de PVV (die sowieso tegen zouden stemmen) was de stemming uitgesteld. Toen het aantal stemmen voor de wijziging werd gehaald, wisselden Astrid en ik een blik uit. Ik knikte even ter bevestiging en stuurde er meteen een tweet over uit. Het wijzigingsvoorstel was aangenomen. ‘We staan in de grondwet!’ Stuurde ik daarna pas naar mijn vriend.
Onbegrepen veranderingen
Het jaar begon dus direct al met een historisch moment voor de regenbooggemeenschap. En Gaykrant was erbij. Zoals dat al bijna 45 jaar het geval is. Maar net als in dit jaar is er bij Gaykrant ook wel wat veranderd. De ‘Gay’ in Gaykrant staat niet meer voor de homoseksuele man, maar weer voor de oorspronkelijke, oud-Engelse betekenis van het woord: ‘luchthartig en zorgeloos’. Want dat is wat we iedereen in de regenbooggemeenschap zo graag gunnen.
Maar het is niet makkelijk om dat voor elkaar te krijgen. Want ook binnen de eigen regenbooggemeenschap heerst nog wel eens onderling onbegrip. De ouderen klagen over ‘de gender-hype’, waarbij sommigen uit de regenbooggemeenschap zelfs durven te beweren dat die ons ‘door de strot wordt gedrukt’. En dat we kinderen daar niet mee moeten belasten. Dat zelfs mensen uit de regenbooggemeenschap zulke termen nu in de mond nemen, verbaast en verontrust me. Ze praten kritiekloos de populisten die zich ook geen reet van hun geaardheid aantrekken na. Want wat had jouw coming-out destijds gemakkelijker gemaakt? Als je van jongs af aan zou hebben geweten dat er meer te doen was dan vadertje – moedertje spelen in de poppenhoek van de kleuterschool, misschien? Als niet ieder sprookje was geëindigd met een prins en een prinses die lang en gelukkig leefden? Als je al vroeg had begrepen dat er meer bestaat dan alleen maar cisgender en heteroseksueel?
generatiekloof
En spreek zo’n populistische zin nu eens uit op een manier dat jouw geaardheid het lijdend voorwerp wordt? Wordt die Homoseksualiteit ons dan door de strot gedrukt? Is die Biseksuele indoctrinatie echt totaal uit de hand gelopen? Zijn we die kinderen echt lastig aan het vallen met die Lesbische gekte? Het wordt ineens een stuk anders als je eigen bestaan in twijfel wordt getrokken. Een dergelijke opmerking getuigt niet echt van zelfkritisch vermogen. Sterker nog: deze LHBT’ers beseffen blijkbaar niet dat de jongere generatie – op hun geheel eigen wijze – invulling geeft en voortbouwt aan datgene waar zij zelf voor hebben geprotesteerd:
Oudere generatie:
Gelijke rechten voor vrouwen!
Jongere generatie:
Weg met verzonnen rollenpatronen
die gebaseerd zijn op gender!
Oudere generatie:
Ik laat me niet meer in een hokje stoppen!
Jongere generatie:
Tadaa! Ruimte voor mijn persoonlijke, unieke hokje!
(En als dat goed voelt, mag je erbij!)
Oudere generatie:
Baas in eigen buik!
Jongere generatie:
Baas over eigen geslacht!
weg met de hokjes!
“We moeten af van al die hokjes!” Roept een deel van de oudere regenbooggeneratie tegen de jongeren. Terwijl ze niet (willen?) zien dat juist door het wegprotesteren van alle hokjes uit hun jeugd, de nieuwe generatie nu de ruimte voelt om hun persoonlijke, unieke hokje aan de wereld te presenteren. De verandering die de oudere generatie zelf in gang heeft gezet, heeft geleid tot iets dat sommigen van hen niet kunnen of willen begrijpen. Maar de jeugd kreeg de ruimte, sterker nog: ze werden er mee grootgebracht en weten niet anders. Er is een generatie volwassen geworden, die niet anders weet dan dat paren van gelijk geslacht in Nederland kunnen trouwen. De situatie daarvoor hebben ze nooit meegemaakt. En als je niet anders weet, dan neem je het voor lief. Voor hen zijn deze verworvenheden vanzelfsprekend. En je kunt het ze dan moeilijk kwalijk nemen dat ze dan ook achteloos van die verworvenheden gebruik maken. En wel op een manier die voor hen goed voelt: queer, non-binair, genderfluïde, heteroflexibel, panseksueel, genderqueer, two spirited…
Ieder mens (M/ V/ X) is nu zijn, haar, hun, diens eigen hokje.
Het verschil met vroeger is niet dat de hokjes zijn verdwenen. Wel dat je die hokjes nu veel gemakkelijker zelf kunt uitkiezen, inrichten en naar behoefte aanpassen. En dat er steeds meer deuren tussen de onderlinge hokjes zijn. Er zijn ook hokjes met een en suite. Sommigen identificeren zichzelf bijvoorbeeld als lesbisch én queer. Het mooie van die ontwikkeling is volgens mij dat men steeds minder vreemd opkijkt als je een keer door zo’n deur naar een ander hokje stapt. Of juist weer terug. En dat is goed.
andere veranderingen
Zo zijn er meer veranderingen geweest, ook in dit afgelopen jaar. Mijn vriend veranderde een paar maanden na de stemming van 17 januari in mijn meest recente ex. Aan ieder die daarover medeleven wil betuigen: heel lief, maar ik mis zijn hond meer dan dat ik hem mis. Lang verhaal; niet voor hier. Maar het is goed. Daarnaast heb ik van meer mensen afscheid moeten nemen. En de Nederlandse regenbooggemeenschap ook. Soms omdat hun leven klaar was; door leeftijd, een ongeluk en één op eigen initiatief. Ze laten me nog niet allemaal los. Ik zou om sommigen van die mensen nog iedere dag kunnen huilen, maar dat doe ik in de praktijk steeds minder. Tijd heelt dus echt alle wonden, maar de ene beter dan de andere. Er hoeft aan bepaalde wondjes namelijk maar heel even gepulkt te worden, of het bloed komt er weer uit en de pijn is weer terug. Ik heb er vertrouwen in dat dit ook in het nieuwe jaar een ding zal blijven. En ook dat is goed.
De nieuwe mensen die ik mocht leren kennen brachten inspiratie, energie, warmte, activisme, maar ook nieuwe inzichten, zachtheid en rust met zich mee. Als hoofdredacteur heb ik de ontzettende mazzel dat een aantal van die mensen ook onderdeel zijn van het team van Gaykrant. Ik ben ze erg dankbaar, want in plaats van de Rustige Rick kregen ze iemand met een flipperkastbrein.
politiek
Daarnaast staan we op het punt om een nieuwe regering te krijgen. Het mag duidelijk zijn dat de regenbooggemeenschap daar niet al te positief tegenaan hoeft te kijken. De partij die zich, op de SGP na, het duidelijkst heeft bewezen als anti-LHBTIQ+ partij, is de grootste geworden. Gelooft u dat niet? Lees dan het stuk dat ik daarover schreef. Verkiezingspraatjes zeggen namelijk niet zoveel, het uit zich in het stemgedrag…
We zagen dat anti-LHBTIQ+ populisten salonfähig werden en dat daar weinig tegenin wordt gebracht door andere partijen. Een van de weinige uitzonderingen daarop was de kritiek van Rob Jetten op Baudet. Die bij een verkiezingsdebat bij NOS op 3 zei dat hij zich niet verantwoordelijk voelde voor de doodsbedreigingen en pesterijen waar de non-binaire Bram nog altijd mee te maken krijgt. Onzin natuurlijk, want Baudet is daar wel degelijk verantwoordelijk voor. En Geert Wilders ook. Want wanneer anti-LHBTIQ+ retoriek wordt vormgegeven door iemand met een publieke platform, door iemand met macht, werkt dat door in ieders leven. Daarom zal Wilders nooit mijn premier kunnen zijn. Omdat hij met zijn anti-LHBTIQ+ retoriek een soort toestemming of rechtvaardiging geeft aan andere mensen om hetzelfde te doen. Respectloosheid nodigt respectloosheid uit. Geweld zet aan tot geweld. Als machtigen hun positie gebruiken om anderen te pesten, verliezen we allemaal.
Dus…? vertrouwen in 2024?
Er is dus veel gebeurd in 2023. Een jaar waarin seksuele gerichtheid werd opgenomen in artikel 1 van de Nederlandse grondwet. En een jaar waarin dat voor het Russische Ministerie van Justitie juist aanleiding was om de regenbooggemeenschap op de Russische terroristenlijst te plaatsen. Kijk ik uit naar 2024? Als we op dezelfde manier voort gaan als in 2023, dan niet persé.
Maar een nieuw jaar biedt ook weer nieuwe kansen. De terugkeer van het conservatisme maakt bij mij ook weer iets activistisch los. Het biedt een reden om de mouwen op te stropen en aan de slag te gaan. Het zorgt voor nieuwe ideeën. En energie. Ik ga daarom door met de zoektocht naar nieuwe mensen, naar meer diversiteit in het team en nog meer mogelijkheden om met andere organisaties samen te werken. Want ook dat is goed.
Mocht jij nu ook een bijdrage willen leveren aan de verbetering van de omstandigheden van de regenbooggemeenschap in binnen- en buitenland: de deur staat open en de koffie staat klaar. Voel je welkom in onze hokjes. Laten we samen de regenbooggemeenschap weer luchthartig en zorgeloos maken.
Als we met die instelling beginnen aan 2024, dan heb ik wel vertrouwen in dit nieuwe jaar.
Namens het team van Gaykrant, wens ik jullie een goede en veilige jaarwisseling en alle goeds voor 2024!
Ronald Mol
Hoofdredacteur
One thought on “Weg met de oude hokjes, leve de nieuwe hokjes!”