M’n ex: ‘Ik ben dolblij dat hij niet bij me is gebleven’ | Aart uit Aken

Ik was te gretig, ik weet het, maar ik had nog nooit zo’n verrukkelijke adonis gehad! Ik groef mijn eigen graf met m’n obsessieve verlangen de zijne te zijn – en de almaar groeiende angst te worden gedumpt. Het gat bleek echter lang niet zo diep als ik had gevreesd.

Redactie: Rits de Wit
Illustratie: Wilbert van der Steen

Mink was lang, 29 jaar oud en een very good catch, vond iedereen in mijn omgeving. Ik had wel eerder vriendjes gehad met een gelijksoortige voorkomendheid, met eenzelfde type charme en een vergelijkbare verfijnde kledingsmaak. Maar Mink was ook nog eens fraai gebouwd, van nature, en knap. Veel knapper dan ik, vond ik; dat maakte me achteraf gezien chronisch onrustig, wat zeg ik: ongelukkig.

Met vrienden besprak ik de eerste weken uitvoerig mijn geluk. Ik was ervan overtuigd in een sprookje te zijn beland met de ultieme prins, met de redder die me had wakker gekust uit een tot in de puntjes georganiseerd, slaapverwekkend en weinig betekenisvol bestaan. Mijn tijd was gekomen, voelde ik; dat wat mij toekwam was ook eindelijk over me neergedaald.

Aanvankelijk stelde ik de tien jaar jongere Mink met immense trots voor aan iedereen die ik kende. Met volle teugen genoot ik van de talloze bewonderende blikken; dit schitterende exemplaar van de mannelijke soort hoorde bij mij, wist ik, en dat straalde dus ook op mij af. Na een paar maanden begon dat te kenteren. Steeds minder vaak had ik de behoefte om met hem uit te gaan, sterker nog: het liefst was ik met hem alleen. Het feit dat hij overal blootgesteld zou worden aan loslopend mannelijk schoon begon me te verontrusten. Ik wilde dat hij naar mij keek, en het liefst naar mij alleen.

‘Zelfs bij mijn eigen vrienden liep ik onvermijdelijke risico’s’

Vochtige blik

Zelfs bij mijn eigen vrienden liep ik onvermijdelijke risico’s, zo begon ik me te realiseren. Mink voelde zich overduidelijk als een vis in het water tussen mijn maten en het feit dat ik zeker niet de meest goodlooking guy onder hen was, werd voor mij ineens een probleem. Ik begon dingen te zien die me eerder nooit waren opgevallen. Zo zag ik door de ogen van Mink dat vriend Erik eigenlijk een goddelijk lichaam bezat. En dat vriend Frank niet alleen een verleidelijke oogopslag had, maar bovendien een absurd veelbelovende bobbel in zijn broek.

Tussen Mink en vriend Sjors, met wie ik na een zeer korte affaire en een botte afwijzing al bijna tien jaar bevriend was, zag ik iets gebeuren. In de blauwe kijkers van Sjors ontwaarde ik, als hij met mijn Mink in gesprek was, een vochtige, flirterige blik, een verwijde pupil, een uitnodiging dichterbij te komen dan gangbaar in een vriendschappelijk contact, waarop Mink naar mijn smaak met onvoldoende reserve reageerde.

Als ik met Mink bij zíjn beste vrienden was, bij zijn ouders of zijn zus, voelde ik me steevast een overbodig element in het gezelschap; ik werd getolereerd, beleefd bejegend, maar eigenlijk kon ik er net zo goed niet zijn, want iets toe te voegen had ik niet. Hoe sterker ik dat ervoer, des te meer ging ik me ernaar gedragen; ik werd stil en afwachtend, was geneigd te veel te drinken om mezelf moed en vertrouwen te geven, wat averechts werkte.

Gingen we uit, Mink en ik, naar de film, een voorstelling of uit eten, dan zag ik alle blikken op hem gericht. Geen hond zag mij staan, ik was niets meer dan een vage, kleurloze, haast transparante schaduw aan de zijde van de mooiste man ter wereld. Ik wist dat Mink het zag, dat iedere begerige, bewonderende blik zijn kant opkwam en geen enkele de mijne; zijn vertrek uit mijn leven, wist ik dan, was slechts een kwestie van tijd.

‘Wat ik in anderen haatte zag ik mij nu zelf doen’

Het ergste was: ik kon het niet bespreken met mijn adonis. Ik durfde het niet, zo bang was ik dat hij het niet zou begrijpen, dat hij boos zou worden of me direct zou afwijzen. Ik zocht wanhopig naar zijn bevestiging, ik wilde horen hoe mooi en interessant hij me vond, hoe hij ernaar verlangde me te zien, ik hoopte dat hij me vaker zou aanraken, zeker ook in gezelschap, maar naar mijn idee deed hij dat juist steeds minder. Ik kreeg de indruk dat hij situaties waarin hij met mij alleen was steeds meer begon te mijden, maar ik realiseerde me ook dat ik het niet meer helder kon beoordelen.

Checken

Wat ik altijd in anderen had gehaat zag ik me nu zelf doen: ik ging hem checken. In zijn appartementje bladerde ik als een idioot door zijn agenda als hij even naar de wc was, ik probeerde op zijn telefoon berichtjes te lezen, ik zocht in zijn jaszakken naar briefjes en andere aanwijzingen van contacten met andere kerels.

En erger: op een avond maakte ik stiekem een video-opname van een van onze steeds zeldzamer wordende vrijpartijen – ik pijpte hem naar een hoogtepunt, hij kwam met een schreeuw klaar – om hem keihard mee terug te kunnen pakken als hij mij plotseling af zou danken. Ik haatte mezelf en mijn gedachten, maar ik kon er niets wezenlijk aan veranderen. Met open ogen stonk ik erin: uiteindelijk zou mijn gedrag precies exact dat bewerkstelligen waar ik bang voor was: de breuk tussen Mink en mij.

Ik trachtte er minder mee bezig te zijn, probeerde mijn eigen leven weer met enthousiasme op te pikken en niet mijn tijd te verdoen met wachten op een initiatief van Mink. Ik ging weer tennissen, drummen en gamen, hobby’s waar Mink niets mee had, en sprak alleen, zonder Mink, met vrienden af.

Even voelde ik weer hoe mijn zelfwaardering groeide. Maar als Mink en ik samen waren bleef daar steeds vaker niets van over, ik hoorde mezelf alles beamen wat hij zei en vond, ik zag hoe ik me schikte in zijn wensen, hoe ik me aanpaste aan zijn plannen, alles uit angst hem tegen me in het harnas te jagen. Ik raakte steeds verder van mezelf vervreemd, maar ik wilde Mink koste wat het kost houden, als hij me zou dumpen zou dat me volledig te gronde richten, het zou geen spaan van me heel laten.

‘Het filmpje met de pijpscène heb ik ongebruikt gedeletet’

Het idiote is dat zich, toen het gebeurde (toen Mink op een avond bij me langskwam en niet op de divan maar op het voetenbankje ging zitten, toen hij me met zachte stem meedeelde dat hij er een punt achter kwam zetten omdat hij ‘niet meer verliefd’ was) juist een immense opluchting van me meester maakte. Het plotselinge besef dat het niet meer hoefde, dat ik me niet meer anders hoefde voor te doen, dat ik me niet meer voor mezelf hoefde te schamen verdreef stante pede de algehele malaise waarin ik geruime tijd had verkeerd.

Grienend

Natuurlijk: er zijn (veel) momenten gekomen dat ik hem verschrikkelijk miste. Dat ik grienend op een keukenkruk uit het raam staarde en snoeihard hoopte dat hij aan zou komen fietsen. Dat ik ’s nachts over hem droomde en dat spooksel de hele dag niet meer los kon laten. Dat ik me plotseling voorstelde dat Mink met Sjors in bed zou liggen en dat ze, na een goeie pot seks, ook nog een potje de slappe lach zouden hebben over mij en mijn onvoorstelbare naïviteit.

Maar over het algemeen knapte ik er juist enorm van op, van de breuk. Het filmpje met de pijpscène en het luide orgasme heb ik ongebruikt gedeletet. Want ik wens Mink simpelweg het beste. Stiekem ben ik retentrots dat hij ooit verliefd op me was, en openlijk dolblij dat hij niet bij me is gebleven.



Wil jij jouw verhaal over een jammerlijk mislukte relatie ook in deze rubriek? Neem contact met

ons op via: gaykrantredactie@gmail.com

•••

Adverteren op Gaykrant en daarmee onafhankelijke journalistiek met een regenboograndje mogelijk maken?

Klik hier voor meer informatie!

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.