Beer ‘Bossu’ Gertenbach: de goede vriend van Willem Nijholt

Wekelijks zit ik met Willem Nijholt aan de telefoon en hebben we het vaak over zijn carrière en collega’s. Één die steeds weer terugkomt in onze gesprekken is Beer Gertenbach, die zich in zijn theatercarrière Beer Bossu noemde.

Beer was voor mij een vraagbaak betreft theatermuziek en als ik hem iets vroeg over een artiest, geheid dat de andere dag een cd van die betreffende artiest op mijn deurmat lag. Voor Willem was hij een goede vriend en beiden hadden ze een enorme verzameling van Deanna Durbin en Doris Day, waar ze het dan ook vaak samen over hadden.

Later toen Beer door zijn ziekte moest verhuizen naar verzorgingshuis Vondelstede, zocht ik hem daar vaak op. Met mooi weer liepen we door zijn achtertuin, het Vondelpark, en gingen we bij het filmmuseum wat drinken.

Onderweg vertelde hij graag over zijn carrière: hij wist tenslotte dat zijn spullen bij ons Theaterarchief ondergebracht waren, maar er ontbrak nog wel eens een naam of jaartal dat ik dan invulde en waarop hij mij aankeek en vroeg: ‘Hoe weet jij dit toch allemaal?’

Al lang geleden heb ik zijn verhaal opgeschreven. Vorig jaar overleed zijn echtgenote Margo de Boer waardoor Beer in de vergetelheid dreigt te geraken en dat doet mij zeer. Deze lieve, hartelijke en aardige Beer die iedereen blij maakte met zijn cd’s, moet en mag niet vergeten worden.

Beer zat al heel jong aan de radio gekluisterd en nam met zijn broer programma’s van de radio op, op de grote Refox-recorder van hun vader. Hij hield van de liedjes van Doris Day en Deanna Durbin, die hij ook op het filmdoek zo bewonderde. Deze liefde voor beide actrices/zangeressen deelde hij later met Willem Nijholt: alsof ze kleine kinderen waren ruilden ze de fotokaarten met elkaar.

Daarnaast was hij groot fan van Corry Brokken die hij adoreerde. Beer genoot van haar heldere stem, en zijn voorliefde voor het Songfestival is daar uit ontstaan. Hij had ook de grootste verzameling van Corry Brokken, en als hij iets nog niet had, kreeg hij dat van Corry uit haar eigen verzameling want ze waren goed bevriend.

Hij zag niets in het beroep van zijn vader, die huisarts in Amsterdam was, en kreeg het  bij z’n ouders voor elkaar dat hij een opleiding mocht volgen op de Guildhall school for Music and Drama in Londen.

Beer specialiseerde zich daar in zang en dans, wat in Nederland in die jaren nog niet gewoon was, een danser die ook zingt. Na zijn opleiding terug in Nederland kreeg Beer een rol in het ensemble van de door het Toneelgroep Ensemble uitgebracht musical Koning Salomo en de Schoenlapper, met o.a. Ramses Shaffy en Jenny Arean in de hoofdrollen.

In 1966 kreeg Beer een rolletje in de musical Anatevka, naast Lex Goudsmit en Enny Mols-de Leeuwe, om het seizoen daarna als hippie in de musical De Stunt te spelen. Jasperina de Jong en Willem Nijholt speelden de hoofdrollen. Vanaf deze tijd is er een lange vriendschap ontstaan tussen Beer en Willem.

De Stunt, gebracht door Lurelei en geschreven door Guus Vleugel, vertelde het verhaal van de Amsterdamse kapper Mario, die weleens een klontje LSD in de koffie van zijn klanten deed. Een musical waar drugs en homoseksualiteit voor het eerst op de Nederlandse planken benoemd werden. Dat de musical niet aansloeg buiten de Randstad bleek al snel en zo vond de productie een vroegtijdig einde.

Voor Beer pakte dit goed uit: zijn kwaliteiten waren inmiddels door producten opgemerkt. Zo ook bij John de Crane die hem vroeg om naast Conny Stuart en Elsje de Wijn in de muizikal  Met Man en Muis, zoals Annie M.G. Schmidt, de schrijfster, deze productie noemde (“Geen musical en geen cabaret”) te komen spelen.

Naast zijn theaterwerk, was Beer ook veel op tv te zien. In de jaren zestig speelde hij rolletjes en zong hij in amusementsprogramma’s als Een avondje uit, Joop ter Heul en in Klatergoud. Tijdens Anatevka leerde hij Jan-Anne Drenth kennen en ze besloten samen te gaan zingen. Ze traden veel op onder de naam Mendel en Mendel en namen twee singeltjes op. Geen successen, maar nog steeds leuk om terug te horen.

Wim Sonneveld, die zelf een musical ging produceren en regisseren en op zoek was naar talent, zag Beer dansen en zingen in Met man en Muis, en vroeg hem om in zijn musical De Kleine parade te komen spelen. Het gebeurde nog wel eens dat er iemand in de cast ziek of afwezig was, Beer had talent genoeg om deze rollen over te nemen, en zo heeft Beer alle mannenrollen wel een keer gespeeld in het seizoen 1969-70.

Maar in 1970 hield Beer het voor gezien. Met zijn 28 jaar oud vond hij zich te oud om nog in ensembles te dansen. Maar zingen bleef hij doen, en soms ook nog een rolletje op de tv, en vooral voor de radio was hij vaak te horen, het fenomeen dat zijn hart gestolen had. In Cafe Chantant (Tros), Ik hou van Holland (NCRV) om een liedje te zingen, maar ook bij de hoorspelkern deed men een beroep op Beers kenmerkende stem en sprak hij af en toe een rolletje in.

Beer kreeg een baan als radiotechnicus en produceerde vele programma’s voor de Vara, NCRV en de NOS.
Hij maakt ook veel jingles voor Felix Meurders en samen met Jacques Klöters won hij in 1985 de Reismicrofoon voor de 6 delige serie Door de nacht klinkt een lied.

In de jaren 1992-93 maakte hij met Gabrie de Wagt het programma Nachtvluchten en samen met Gerrit den Braber, heeft hij een serie rond het revue duo Snip en Snap gemaakt, die later ook op televisie is uitgezonden.
Hij presenteerde ook zijn eigen radioprogramma: Beste Beer, een programma waar mensen naar toe konden schrijven en bellen om het deskundig forum, dat bestond uit Gerrie van der Klei, Appie Baantjes, Ds. Aaldert en Beer zelf, vragen voor te leggen. Hij kreeg de kans om Doris Day te interviewen voor de radio, wat hij als grote fan natuurlijk een ongelofelijke eer vond.

In 2002 ging Beer met pensioen en kon hij samen met zijn vrouw Margot de Boer van het leven gaan genieten, lekker wandelen en aan zijn nieuwe hobby de computer werken. Beer digitaliseerde geluidsbanden en maakte cd’s voor vrienden en belangstellenden en voorzag deze met mooie hoesjes. Hij genoot in hun appartement van het uitzicht: rechts Carré en links de Hermitage, en als hij de deur uitliep stond hij gelijk op de Magere Brug.

Met Leen Jongewaard (foto: Rob Vos)

Na enkele jaren werd er dementie bij Beer vastgesteld, maar gelukkig kon hij nog vele jaren blijven wonen met zijn Margot aan de Amstel totdat drie jaar voor zijn overlijden, Beer van huis wegliep en de weg niet meer terug kon vinden. De zorg voor hem werd Margot te zwaar. Ze zocht een mooi verzorgingshuis voor hem op, en zo kwam Beer in Vondelstede terecht, waar hij zich vermaakte met lezen van drie verschillende kranten en van het wandelen in zijn achtertuin, het Vondelpark.

Op een dag had Beer samen met een medebewoner de kuierlatten genomen: ze waren het centrum ingelopen, dus voor het personeel niet te traceren. Margot werd gebeld en die hoopte dat hij naar hun huis aan de Amstel zou komen. Maar nee, om 16.00 uur waren ze nog niet terecht. Margot ging bezorgd naar Vondelstede en stond net voor de deur, toen er een taxi aangereden kwam waar Beer en zijn medebewoner uitstapten. Hij liep op Margot af en zei, op de manier zoals alleen Beer dat kon zeggen: ‘Margot betaal jij even de taxi’, en liep door naar binnen.

Op 8 juni 2018 is Beer overleden.

*

•••

Adverteren op Gaykrant en daarmee onafhankelijke journalistiek met een regenboograndje mogelijk maken?

Klik hier voor meer informatie!

 

One thought on “Beer ‘Bossu’ Gertenbach: de goede vriend van Willem Nijholt

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.