Lieve Willem-Alexander,
Van harte gefeliciteerd met uw vierenvijftigste verjaardag.
Al zijn we van dezelfde generatie – u bent maar een jaartje ouder dan ik – en komt u op mij over als heel vriendelijk, innemend en benaderbaar, vind ik het toch lastig u te tutoyeren. Ik ben nu eenmaal opgevoed met u zeggen tegen ouderen en tegen koningen. Daar kom je niet zo snel meer vanaf.
Ik hoop niet dat u schrikt van het woord ‘lieve’ in de aanhef. Ik denk oprecht dat u een lieve man bent, en zoals ik al eens eerder ergens schreef, denk ik dat een koning die zijn staatsieportretten door Erwin Olaf laat maken er vast geen moeite mee heeft dat hij door een andere man op deze wijze aangesproken wordt.
En natuurlijk is laatst Herman Tjeenk Willink bij u op de koffie geweest om u bij te praten. Of misschien hebben jullie wel warme chocolademelk gedronken. Want ook deze ‘éminence roze’ van de Hollandse politiek kan nog steeds geen chocola van de formatie maken. Dan kun je die chocola maar beter smelten en met een toefje slagroom nuttigen, nietwaar?
Ik herinner me ook dat u in tweeduizend zestien het jubilerend COC met een bezoekje vereerd hebt, dus ik ga ervan uit dat u onze regenbooggemeenschap een warm hart toedraagt.
Over herinneringen gesproken.
Ik hoop maar dat Mark en Sigrid uw verjaardag niet vergeten. Het patroon van zich iets wel of niet fysiek herinneren is natuurlijk wel een dingetje dat nu speelt. En vond u ook niet dat Sigrid het land ‘Niger’ zo mooi uitsprak? Heel eventjes leek ze een klein beetje op uw moeder.
Je kunt je bijna afvragen wat er zich op dit moment níet in ons koninkrijkje afspeelt: corona, Omtzigt, vertrouwensbreuken, oude bestuursculturen, gefotografeerde formatienotulen en uitgelekte ministerraadnotulen.
Toen er gesproken werd over een informateur die ietsje verder weg van het centrum van de macht moest staan, werd er geopperd om u weer de informateur aan te laten wijzen. Dat vond ik dan wel weer een beetje grappig. We willen met z’n allen een nieuwe bestuurscultuur, dus laten we dan maar het pad richting absolutisme en ‘Ancien Régime’ terug inslaan.
Ach, dan hoeft u op Prinsjesdag ook geen lange toespraken meer te houden. U zegt gewoon ‘L’État, c’est moi’ en klaar is Kees (van der Staaij).
Enfin.
U viert deze dag ‘high-tech’ in Eindhoven alwaar u in een Daf Kini cabriolet mag rondrijden. Die auto zult u zich vast nog wel fysiek uit uw jeugd herinneren. Uw ouders reden er namelijk in rond in Italië toen u klein was. Hartstikke leuk voor u.
Daarna zal het vast een klein, ingetogen feestje bij u thuis worden. Tenminste, als u niet drukdoende bent uw drie dochters te bewegen tot het maken van hun online huiswerk. Want net als bij alle andere pubers en adolescenten, zullen hun koninklijke neuzen eerder aan mobieltjes dan aan schoolboeken en ‘Teams’ geplakt zitten.
Ik zie de drie meiden al collectief gapend met de ogen rollen als u ze weer eens vermanend toespreekt over het belang van het halen van diploma’s en over hun gemiste toekomstkansen als ze niet beter hun best doen. Ja, het zal heus wel eens lastig zijn uw tienerdochters te sensibiliseren.
Ik vier uw verjaardag gezellig met u mee. Met een glaasje oranjebitter en een tompouce maak ik het voor mezelf al snel gezellig, dus mij zult u niet horen klagen. Ik houd wel van een feestje. Zelfs in m’n eentje in coronatijd.
Want ondanks dat wij Nederlanders het koningsschap bij tijd en wijlen een hopeloos verouderd instituut vinden, en wij bij elke misstap van u of van een van uw familieleden weer een republiek eisen, hijsen we vandaag toch weer het rood-wit-blauw met oranje wimpel.
Ach ja, wij Nederlanders.
Republikeinen in het hoofd.
Monarchisten in het hart.
En daartussen is het als ons staatshoofd soms lastig laveren.
Maar dat laveren doet u eigenlijk zo slecht nog niet.
Wat mij betreft, voor u geen functie elders hoor.
Lieve Willem-Alexander, ik wens u samen met de familie een fijne verjaardag toe, en ik geef u welgemeend en in deze online anderhalvemetermaatschappij uiteraard enkel virtueel drie dikke zoenen op uw koninklijke wangen.
Gewoon, omdat het kan.
Rick van der Made
One thought on “Lieve Willem-Alexander”