Rudi Wester: “Oerangst op te vallen als homoseksueel zat er bij Jef Last diep in”

Rudi Wester studeerde Franse taal en letterkunde en was daarna jarenlang literair criticus van Franse en Angelsaksische literatuur voor Vrij Nederland en Trouw. Ook schreef ze een aantal boeken, waarvan de biografie van dichter en schrijver Jef Last (1898-1972) haar laatste is. Het verscheen onder de titel Bestaat er een raarder leven dan het mijne? Gaykrant spreekt de schrijfster. “Hij was dé belichaming van Himmelhoch jauchzend bis zum Tode betrübt

Tekst: Paul Hofman
Foto’s: Sacha de Boer en Collectie Rudi Wester

Hoe is het idee voor deze biografie ontstaan?
In Parijs zag ik in een boekwinkel het boek van André Gide, Correspondance avec Jef Last, liggen. Gide kende ik, maar van Last had ik nog nooit gehoord. Ik las het en vond de brieven van Last vaak beter dan die van Gide, vooral omdat hij een analytischer en scherpere kijk op de politieke situatie in het vooroorlogse Nederland en Frankrijk had dan Gide. Enthousiast schreef ik er een groot stuk over in Vrij Nederland, in 1986, en werd de volgende dag gebeld door Martin Ros, de legendarische uitgever van De Arbeiderspers. Ik moest die biografie over Jef Last schrijven, kraaide hij. Dat heb ik met enorm veel plezier gedaan.

Kun je Last omschrijven?
Nee, onmogelijk. Ik kan wel zeggen dat hij romancier, dichter, journalist en essayist was, maar dat zegt niets over hem. Ik kan ook zeggen dat hij met zijn neus overal vooraan stond bij historische gebeurtenissen (de Spaanse Burgeroorlog, het verzet in WO II, de onafhankelijkheid van Indonesië, Provo), maar dat zegt nog niets over hem. Ik kan alleen maar zeggen: léés de biografie, want dan word je overdonderd door de méns Jef, met zijn dappere acties en sterk wisselende gemoedstoestanden. Een mens van de tweespraak, van de twijfel. Maar altijd trouw aan wat zijn geweten hem zei te doen, altijd opkomend voor de zwakkeren en de underdog in de samenleving.

“Zijn voorkeur bleef uitgaan naar boefjes”

Kun je de titel van het boek uitleggen?
Last sprak circa tien talen, waaronder Russisch, Spaans, Chinees en Fries. In 1958, op zestigjarige leeftijd, promoveerde hij in Hamburg op de hedendaagse Chinese schrijver en filosoof Lu Hsün. Alleen, om in het Chinees te kunnen promoveren, moest hij ook Japans erbij doen. Tot zijn grote schrik, want hij vond het Japans nóg moeilijker dan het Chinees: ‘Japans alléén is bijna net zo moeilijk als Russisch met Chinees vermenigvuldigd’, schreef hij in zijn (onuitgegeven) memoires.

Toch werd Japan zijn grote liefde; hij sprak veel met de ‘gewone’ Japanner, schreef over zijn avonturen en vertaalde grote Japanse schrijvers als Yukio Mishima. Zo werd hij de bruggenbouwer tussen Oost en West. Maar al die dure reizen naar het Verre Oosten: kon hij die wel terugverdienen met zijn boeken en lezingen in Nederland? Daarover schreef hij een bezorgde brief aan zijn impresario, die begon met de zin: ‘Bestaat er een raarder leven dan het mijne?’

Hij doorbrak het taboe rond homoseksualiteit, was getrouwd, had drie dochters, maar had ook liefdesrelaties met mannen. Welke rol heeft hij in het emancipatieproces van homoseksuelen gespeeld en wat was zijn betekenis ?
In de jaren van Jef Last was homoseksualiteit een groot taboe en de meesten trouwden dan ook gewoon. Het was ook strafbaar op grond van artikel 248 bis van het Wetboek van Strafrecht waarin seksuele contacten met iemand van hetzelfde geslacht tussen de 16 en 21 jaar bestraft werden met maximaal vier jaar gevangenisstraf. En Lasts ‘doelgroep’ waren jongens van precies die leeftijd. Bij de getrouwde Last waren zijn homoseksuele gevoelens opeens tot een uitbarsting gekomen toen hij een Urker visser ontmoette, op wie hij straalverliefd werd.

Deze liefde is beschreven in zijn roman Zuiderzee (1934) en deze roman was van grote betekenis voor de emancipatie van de homoseksueel. Last werd toen een bekend schrijver en was doodsbenauwd om opgepakt te worden (wat ook enkele keren is gebeurd). Dat weerhield hem niet om na WO II, waarin de nazi’s – evenals de communisten overigens – homoseksualiteit verdoemden, zich volop in de strijd te storten voor meer vrijheid van homoseksuelen, voor meer emancipatie. Daartoe schreef hij onder pseudoniem in het vlak na de oorlog weer opgerichte maandblad Levensrecht felle artikelen.

Maar hij deed méér dan alleen schrijven. Eind 1946 was er in Amsterdam een contactavond georganiseerd – zeer gedurfd in die tijd – met meer dan 200 mannen en drie vrouwen, allen lezers van Levensrecht. Last was gevraagd op deze avond een lezing te geven, en deze eerste bijeenkomst werd een dusdanig éclatant succes dat van die datum in feite het bestaan van de Shakespeareclub dateert. Officieel was de (schuil)naam Wetenschappelijk Culturele en Ontspanningsvereniging Shakespeareclub – vanwege zijn sonnetten had Shakespeare een homoseksuele reputatie – , in februari 1949 omgedoopt tot COC.

“Of hij getroebleerd was? Wat heet!”

Tekenend voor de houding van de overheid in die tijd was de brief van de officier van justitie Wassenberg over de Shakespeareclub (die door de zedenpolitie nauwkeurig in de gaten gehouden werd): ’De homoseksuele omgang werkt als een olievlek. Vergeten dient niet te worden dat deze tot ongelooflijke perversiteiten leidt, welke aanleiding kunnen geven tot het plegen van een lustmoord.’ Ook richtte Last in 1948 nog een exclusief circuitje op voor mannen met hoge posities, uiteraard allen onder schuilnaam.

In zijn memoires foeterde hij erover dat in (kinder)boeken nooit homoseksuele gevoelens werden beschreven, dus dat deed hij uitgebreid in zijn memoires wél. Het was een van de redenen dat ze nooit uitgegeven zijn, en ik citeer er dankbaar uit in de biografie. Hij bepleitte eind jaren ’40 dat er op scholen voorlichting moest worden gegeven over (homo)seksualiteit. Ook dat kwam hem weer op veel reprimandes van de overheid en de pers te staan. Op de boot terug uit Indonesië werd Last in Rotterdam in december 1953 gearresteerd vanwege een (oude) aanklacht wegens ontucht. Kortom, hij heeft zijn leven lang gestreden voor de emancipatie van de homoseksueel. En eronder geleden. Pas in 1971, een jaar voor zijn dood, werd artikel 248 bis uit de wet geschrapt.

Rudi Wester (foto: Sacha de Boer)

Als biograaf ben je er steeds nog niet uit of het ‘anders’ zijn reden is dat Last als outcast werd gezien. Waarom niet?
Omdat hij ook wel een erg complex karakter had, gevoed door de tweespalt tussen zijn ouders: een zeer strenge vader en een creatieve losbol van een moeder, die haar zoontje tot in zijn tenen verwende. Toen hij in Leiden Chinees ging studeren, brak hij met zijn ouders. Last had een groot intellect en was hoog-sensitief. Dat laatste maakte hem tot een kruitvat dat elk moment kon ontploffen. Niet gemakkelijk voor zijn omgeving. Last was dé belichaming van het Himmelhoch jauchzend bis zum Tode betrübt. Je wist nooit in welke stemming je hem zou aantreffen.

Hij was onder meer bevriend met André Gide. In hoeverre was deze een voorbeeld c.q. inspiratiebron voor hem?
Last had Zuiderzee al geschreven voordat hij Gide ontmoette, dus in die zin was Gide geen voorbeeld voor hem. De 36-jarige Jef Last en de 64-jarige latere Nobelprijswinnaar André Gide leerden elkaar kennen op een congres in Parijs, en het was meteen raak. Ze herkenden in elkaar hun beider non-conformisme, hun beider tegendraadsheid. De zaken waarover ze het meest discussieerden en schreven waren hun homoseksualiteit (Gide was, wat we nu zouden noemen, pedofiel, maar geen Franse lezer die erover viel; Last was biseksueel), het communisme (waar ze zich beiden tegen keerden na hun gezamenlijk reis door de USSR in 1936), hun schrijverschap en hun geloof in de jeugd die alles beter zou maken.

In een interview in 1969 bekende Last: ‘Als ik iets van Gide heb geleerd, is het: eerlijkheid.’ Gide was dé grote uitlaatklep voor Last om over zijn avontuurtjes met méchants garçons, stoute jongens, te praten. Ze bleven bevriend tot aan de dood van Gide in 1951. Het was een hechte vriendschap waarbij zij elkaar inspireerden.

In hoeverre was Jef Last een slaaf van zijn lusten? Was hij een getroebleerd man?
Na de Tweede Wereldoorlog brak er een ongelooflijke geslachtsdrift uit, mooi verwoord door dichter Remco Campert: ‘Alles zoop en naaide / heel Europa was één groot matras /en de hemel het plafond/van een derderangshotel’. Ook Last leefde zich helemaal uit, de avonturen en avontuurtjes volgden elkaar in hoog tempo op. Zijn voorkeur bleef uitgaan naar boefjes, naar jongens met eenvoudige beroepen, niet bedorven door ‘intellectuele decadentie’, maar ‘puur’.

Hij hoefde geen hoogstaande gesprekken met hen te voeren, maar wilde slechts seks hebben. Aan schrijven kwam hij in deze tijd nauwelijks meer toe. Aan Gide biechtte hij op: ’Echt, Proust heeft ons heel goed geanalyseerd, wij worden bezeten op een manier die alle proporties uit het oog doet verliezen’. Getroebleerd? Wat heet!

“Hij was een man van de tweespraak, van de twijfel”

In het boek Zuiderzee beschrijft hij de liefde tussen twee Urker vissers. In hoeverre speelden zijn eigen ervaringen met de Katwijker vissers een rol?
Last hield in Katwijk nog virtueel van zijn mede-vissers, zoals bijvoorbeeld van Arie: ’Door Arie heen had ik zijn hele soort lief’. Bij de Urker visser consumeerde hij de liefde, al schrijft hij daar niet zo expliciet over in Zuiderzee.

Kun je iets vertellen over de ruzie met Premsela en het COC?
Dat is een vreemd verhaal. Eind 1964 trad Benno Premsela onder zijn eigen naam en niet geblurred, zoals tot die tijd gebruikelijk was, op in een televisieprogramma. Last schreef daarop het COC een brief waarin hij het een ‘uiterst tactloze zet’ van hen noemde om Premsela ‘als jood én homoseksueel’ naar voren te schuiven. Premsela wist dat Last het niet kwaad bedoelde, maar het COC was woedend en gooide hem eruit. Last was altijd al sociaal onhandig en vaak bot, maar waar kwam dit nu weer vandaan?

Wellicht uit zijn principiële verzet tegen onderdrukking begin 1940. Ook toen al vond hij dat men het strijden voor de vrijheid van meningsuiting van homoseksuelen niet moest vermengen met de strijd tegen de onderdrukkende maatregelen tegen de Joden. Voor hem waren dat twee heel verschillende zaken die je, met het oog op de vijand, goed uit elkaar moest houden. De oerangst om op te vallen als homoseksueel, zat er bij Last nog diep in.

•••

Adverteren op Gaykrant en daarmee onafhankelijke journalistiek met een regenboograndje mogelijk maken?

Klik hier voor meer informatie!

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.