Lieve moeder van Saïd,
Wat hield u van uw zoon.
En wat was hij gek op u.
Ik heb uw getroebleerde Saïd een week of drie voor zijn dood nog voorgesteld om de Randstad uit te gaan.
‘Kom naar Brabant,’ schreef ik hem.
Het bleef even stil.
‘Gaat ‘m echt niet worden,’ schreef hij terug.
‘M’n ma wordt gek.’
Ik heb samen met vrienden Nassiri en Youssef uw zoon de dag na zijn dood in het islamitisch mortuarium in Utrecht Overvecht bezocht. Eenmaal binnen stond u – omringd door uw familie – rechts van mij.
Toen uw zoon in zijn kist binnengebracht werd, zag ik wat de dood van een kind met een moeder doet. Met uw intense verdriet kwam, na de aanvankelijke shock van het overlijdensbericht, ook mijn verdriet pas goed los.
Ik heb uw zoon mogen kennen.
Ik heb van hem mogen houden.
Dat was fijn.
Dat was mooi.
En soms was dat heel erg lastig.
Hij was een kind van twee culturen.
Vandaag is het Suikerfeest.
Saïd hield net zoveel van het vieren van het Suikerfeest als van het vieren van Kerstmis. Afgelopen december vroeg hij me nog of ik wat kerstspullen voor hem over had om de verpleegafdeling waar hij werkte wat meer te versieren.
Hij hield van Marokkaanse bruiloften en van Sinterklaas.
Van Marrakech en van Amsterdam.
Van de Egyptische zangeres Oum Khalsoum en van playbackende dragqueens.
Net als mijn moeder, had u zorgen toen uw zoon uit de kast kwam. U wilde dat hij gelukkig zou worden, en het was voor u maar de vraag of dat met zijn homoseksualiteit wel zou lukken.
Net als mijn moeder hebt u uw zoon nooit de deur gewezen.
Enkele mannelijke familieleden, en vooral andere jongens en jongemannen uit uw buurt, waren wel een groot probleem. Saïd heeft zich daardoor tot aan zijn overlijden opgejaagd en onrustig gevoeld. Hij zei al ‘mocro’s’ vóórdat ik de Marokkaanse jongemannen in de auto naast ons überhaupt gezien had. En dan trok hij zijn pet wat dieper over zijn gezicht.
Afwijzing, uitsluiting, achtervolging en angst doen rare dingen met een mens. En geloof me: uw zoon heeft heel wat rare dingen gedaan. En u weet waarschijnlijk als geen ander hoe hij met zijn ontwapenende charme en zijn mooie oogopslag zijn fouten en ongelukjes – die wij allemaal in dit leven maken – probeerde recht te zetten.
Uw zoon heeft ook heel veel geluk gebracht.
Aan u. Aan zijn zusje. Aan de mensen die aan zijn zorg waren toevertrouwd. Aan collega’s. Aan vrienden. En, ja, ook aan zijn geliefden.
Ik werd door Saïds zusje – uw jongste dochter – uitgenodigd om naar de begrafenis van uw zoon in Zuidlaren te komen. Ze vroeg me of ik wat foto’s wilde maken. Net als de vrouwen van uw familie, ben ook ik niet naar de begrafenis gegaan. Youssef en Nassiri zijn wel gegaan. Youssef hielp mee de kist dragen. Nassiri heeft op mijn verzoek enkele foto’s gemaakt.
Daar was uw dochter erg blij mee.
Zij vroeg mij ook of ik heel misschien toegang had tot Saïds accounts op diverse social media. Die had ik niet. Ik heb haar toen wel meteen geschreven voorzichtig om te gaan met de eventuele verwijdering van Saïds virtuele bestaan.
Foto’s. Verhalen. Profielen.
Ik schreef haar dat nog veel mensen – uit piëteit of gewoon uit nieuwsgierigheid – nu de behoefte voelden om bijvoorbeeld zijn Facebookpagina op te zoeken, en dat te snelle actie van de kant van de familie hoogstwaarschijnlijk ook een snelle, en wellicht minder begripvolle reactie van de kant van zijn vrienden en van de ‘gay community’ zou opleveren: de gemeenschap waarbinnen Saïd zich zo thuis, gezien en geliefd voelde. De gemeenschap die hem op handen droeg.
Uw familie heeft toch doorgezet.
En de gay community dus ook.
En, weet u, dat mag ook allemaal.
Na een verschrikkelijk drama als het minder fortuinlijke leven en de daarop volgende hoogst onfortuinlijke dood van uw zoon, ligt er bij geen enkel mens, bij geen enkele religie, in geen enkel land en in geen enkele cultuur een draaiboek klaar waarin staat hoe hiermee om te gaan.
Net als ik, had u het leven van uw zoon zo ontzettend graag anders willen zien lopen.
Gemakkelijker.
Gelukkiger.
Het heeft niet zo mogen zijn.
Niet langer loopt zijn leven.
En al weet ik niet hoe het voelt om een kind te verliezen, daar in het mortuarium voelde ik enkel úw verdriet.
Mijn eigen verdriet was verworden tot een nietige schim van het niet te bevatten verdriet dat over uw toekomst zonder uw oogappel hangt.
‘Saïd is anders,’ had u altijd liefhebbend en met trots tegen uw dochter gezegd.
Ja. Saïd was anders.
West-Europa of Noord-Afrika.
Nederlander of Marokkaan.
De Amstel of de Atlas.
Wat maakt het allemaal nog uit?
Niets.
Net als uw liefde voor uw zoon, kent uw verdriet om zijn verscheiden geen grenzen.
Het verdriet om Saïd is grenzeloos.
Net zo grenzeloos als de liefde zelf.
Rick van der Made
15 thoughts on “Lieve moeder van Saïd”