‘James waande zich een groot talent’ | Hidde-Jan uit Amsterdam

Wat doe je als iemand denkt ergens heel goed in te zijn terwijl hij in feite gruwelijk afgaat? Moet je hem tegen zichzelf beschermen? Of moet je hem juist lekker láten? Ik vroeg het me bij James, mijn inmiddels ex, in toenemende mate af. Uiteindelijk besloot ik tot het eerste. Diep gekwetst was hij toen ik suggereerde dat hij bepaald geen tweede Freddie Mercury was. Geloven deed hij het overigens niet. Het was niets dan dikke, zure jaloezie, meende hij.

Redactie: Rits de Wit
Illustratie: Wilbert van der Steen

Bij James begon het met de kwast en het doek, wat goddank met een sisser afliep.

Hij had op een dag bedacht dat hij wel kon gaan schilderen. Prima, dacht ik, hij zocht immers een hobby, een bezigheid die hem voldoening zou geven, die hem uit het dal zou trekken waarin hij sinds zijn ontslag ontegenzeglijk in was beland. Hij ging fanatiek in de weer met penselen en doeken en vellen papier en produceerde werken die soms ergens heel diep in de verte deden denken aan die van bekende impressionisten, maar soms ook aan het spuitbussenwerk van Herman Brood of de waterverfportretten van Marlene Dumas. Ik heb geen verstand van kunst, allesbehalve zelfs, maar ik had al eens naar waarheid gezegd, als hij me trots vroeg wat ik ervan vond, dat hij nog wel héél erg zoekende leek naar een eigen stijl. Daar was ik toen mee weggekomen, hij had het beaamd en gezegd dat hij inderdaad nog moest uitvinden wat nou werkelijk het beste bij hem paste. Daarop was hij begonnen met mannelijke naakten, of wat daarvoor door moest gaan, waarvoor hij mij en de buurjongen geregeld vroeg te poseren. Het had een fijne uitwerking op hem. Hij werd vrolijk, oogde weer zelfverzekerd, stopte met zeggen dat hij helemaal geen talenten had en stond ’s ochtends tegelijk met mij op om ‘aan het werk’ te gaan. Maar wat hij maakte was werkelijk verschrikkelijk. Als mensen zeiden dat ze het mooi vonden wat hij deed – wat echt gebeurde – dan waren dat vaak dames van middelbare leeftijd wier gewoonte het is onnozele, steevast ontzettend aardige dingen te debiteren om de mensheid maar vooral niet te kwetsen. En halfblinde homomannen, die vaaglijk een lijf met een piemel ontwaarden op James’ werken en daar geil en dus nogal vrolijk van werden.

‘Hij liet mij en de buurjongen naakt voor hem poseren’

James waande zich een ware kunstenaar bij wie het grote succes ieder moment kon toeslaan. Als ik opperde om eens een cursus schilderen in het buurthuis te gaan volgen werd hij woedend; dat had hij immers niet nodig, hij was een natuurtalent! Toch, toen hij het voor elkaar kreeg in het baanlozencentrum een expositietje met eigen werkjes te organiseren en er buiten twee goedwillende buren en ik letterlijk geen hond op afkwam, stopte hij abrupt met schilderen. En al weet hij het aan alles en iedereen behalve zijn eigen talent, ik haalde diep en opgelucht adem.

Zingen

Daarna begon hij met zingen. Niemand had ooit per se een zanglijster in hem herkend, ik al die tijd dat we samen waren in ieder geval niet. Tijdens onze jarenlange deelname aan een homokoor had nooit iemand van het bestuur aan hem gedacht als solist, terwijl ze daar toch naarstig naar op zoek waren geweest. Na het zien van een aflevering van The Voice of Holland had James het plotseling te pakken. Hij was er van overtuigd dat hij, als hij dat zou willen, The Voice zou kunnen winnen. Ik wist aanvankelijk zeker dat hij een grapje maakte, maar hij bleek bloedserieus. Ik hield mijn hart vast. Vanaf nu wilde hij me bijna iedere avond als ik thuiskwam zijn opnames laten horen. Wat ik me vooral herinner is een eindeloze herhaling van Whitney Houstons I will always love you en de stem van James daar overheen, een octaaf lager dan Whitney. Het klonk niet per se overal onzuiver, maar vooral hard, geknepen en zonder nuance. Om nog maar te zwijgen van zijn Engels, dat aandeed als een idiote melange van Deens, Noord-Hollands, Chinees en Buitenaards.

De adlibs die hij probeerde (en hem op werkelijk onbegrijpelijke wijze met trots vervulden) waren oortergend vals en volmaakt mislukt. En hilarisch, als het niet allemaal weer zo’n trieste situatie was geweest. Want James wilde écht naar The Voice. Hij breidde zijn repertoire uit met enkele hysterische tranentrekkers van Céline Dion en Queens Who wants to live forever. Ik veinsde steeds vaker hoofdpijn als ik thuiskwam van mijn werk en probeerde hem uit te leggen dat ik even rustig moest gaan zitten met een krantje om de avond goed door te kunnen komen. Ik hoorde hem overal zingen in huis. Ik zag hem voor spiegels poses en moves oefenen met denkbeeldige microfoons in de hand en de camera in de aanslag. Opnieuw bemerkte ik dat hij het idee had dat het grote succes binnen handbereik was. Ik dankte de heer op mijn blote knieën dat James niks met social media deed en kon, anders was de afgang nu al compleet geweest.

‘Voor de spiegel oefende hij poses en moves met de camera in de aanslag’

Zelfbeeld

Op een dag vond ik een brief van RTL4 tussen de kranten met een bevestiging van James’ aanmelding voor de voorronde van The Voice. Dat maakte me woedend. Ik stormde naar boven, waar James naakt voor de spiegel in de badkamer luidkeels en wijdbeens Freddie Mercury imiteerde, en kon mezelf nog net op tijd tot de orde roepen. Ik zette de muziek uit en vroeg zo rustig mogelijk aan James om op de badrand plaats te nemen. Ik zei hem dat het zo niet langer kon. Dat ik hem zijn geluk gunde, heel erg zelfs, maar dat hij zich moest realiseren dat The Voice écht een tree te hoog was, dat hij geen reëel zelfbeeld had, dat hij misschien eerst eens zangles kon nemen maar dat hij sowieso waarschijnlijk nooit een tweede Freddie Mercury zou worden.

James wierp me een ijskoude blik toe. Als versteend stond hij op en in de deuropening beet hij me toe dat ik jaloers was, dat het de kift was die me dreef om dit soort dingen te zeggen. Hij zei dat hij me haatte en niks meer te maken wilde hebben met iemand die hem zijn nieuwe carrière misgunde. Ik verwachtte eigenlijk dat hij snel zou bijtrekken, tot inkeer zou komen, maar het was hem menens. Ik hoorde hem de volgende dag bellen met de woningbouwvereniging, wat hij moest doen om urgentie op de wachtlijst te krijgen omdat hij zo snel mogelijk uit zijn huidige woonsituatie weg wilde. Dat hoorde ik hem ook tegen zijn moeder zeggen, en dat hij tijdelijk weer bij haar wilde wonen, tot hij weer eigen ruimte had, omdat hij door mij ‘geestelijk mishandeld’ werd. Zoals hij zich had vastgebeten in zijn schilders- en zangcarrière, zo zette hij ook alles op alles om te zorgen dat hij binnen een week bij me weg was en het contact nagenoeg met me verbrak. Ditmaal met enig succes.

Een krappe twee maanden later kreeg ik echter een telefoontje van James dat het hem verschrikkelijk speet. Dat hij dom was geweest me te verlaten. En dat hij dolgraag bij me terug zou komen. Ik heb zijn vorderingen qua zelfkennis hardop geprezen, maar het aanbod toch maar vriendelijk afgeslagen.

Wil jij jouw verhaal over een jammerlijk mislukte relatie ook in deze rubriek? Neem contact met ons op via: info@degaykrant.nl

•••

Adverteren op Gaykrant en daarmee onafhankelijke journalistiek met een regenboograndje mogelijk maken?

Klik hier voor meer informatie!

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.