“Het is zondagavond in het voorjaar van 1978. Ik lig snikkend op bed. Beneden hoor ik mijn moeder huilen. Mijn jongere stoere broer komt de kamer, die we samen delen, binnen. En vraagt wat er is gebeurd. “Ik heb ze verteld dat ik homo ben….”. Het is even stil. Dan zegt hij: “Nou en. Ga maar slapen. Welterusten”.
De volgende dag verlaat ik het huis om pas een half jaar later terug te komen. Achteraf begrijp ik dat het mijn onmacht was om met hun verdriet om te gaan, die er voor zorgde dat ik de banden verbrak. Toen dat besef kwam heb ik een bevriende dominee gevraagd om met mijn ouders te gaan praten. Op dat moment waren ze voorbij de angst en de schaamte voor de omgeving (het was 1978!), maar er was verdriet over mijn toekomst. Het was toen aan mij om te bewijzen dat ik gelukkig was. Met mezelf en de situatie.
“Ze waren voorbij de angst en schaamte voor de omgeving, maar er was verdriet over mijn toekomst”
De band werd hersteld. En werd beter dan ooit. Ik werd in al mijn beslissingen gesteund. Vriendjes kwamen langs en gingen weer. Tot dat John 30 jaar geleden in mijn en hun leven kwam. Mijn vader nam me apart. “Deze moet je houden. Hij is goed voor je”. En daar heb ik me dan maar aangehouden.
Een paar maanden geleden heb ik mijn coming out verhaal verteld aan een paar jonge meiden in het Pride Park in Vilnius. De avond voor de Baltic Pride. We moesten er allemaal een beetje om huilen. Niet vanwege het verdriet om de coming out, maar vanwege de hoop: It’s getting better.”
Jan Beugelaar
One thought on “I’m coming out: Jan”