Afgelopen week vond bij het LHBT-archief IHLIA in Amsterdam de presentatie plaats van vier voormalige homo/lesbische tijdschriften die binnenkort digitaal beschikbaar zijn. Vier sprekers vertelden elk vanuit hun eigen betrokkenheid over deze bladen en het digitaliseringsproject. Daarmee zijn de vaak verrassend hoogwaardige artikelen nu voor een breed publiek toegankelijk gemaakt.
Tekst: Peter Koop
De vier gedigitaliseerde tijdschriften zijn:
Dialoog en Informatiebulletin Dialoog, uitgegeven door COC Nederland (1965-1971)
Homologie, tijdschrift voor homostudies (1978-1997)
Sek, ledenblad van COC Nederland (1980-1992)
Diva, lesbisch tijdschrift (1982-1986)
Na een inleiding door IHLIA-directeur Lonneke van den Hoonaard, sprak als eerste Berry Feith over de praktische kanten van het project. De vier tijdschriften die nu zijn ingescand zullen in de loop van dit jaar beschikbaar komen op de website van het IHLIA, zij het met enige beperkingen. Ze zullen namelijk niet direct zijn te zien, maar pas nadat je een account hebt aangemaakt. Dit is met name omdat ze afbeeldingen kunnen bevatten die tegenwoordig niet meer zo gewaardeerd worden. Vanwege de auteursrechten kunnen de bladen niet gedownload worden en is het via copy/paste kopiëren van teksten ook niet mogelijk.
Gay Krant
Naast Dialoog, Homologie, Sek en Diva is er nog een reeks andere bladen die het IHLIA graag zou laten digitaliseren, waarbij met name de Gay Krant (1980-2013) genoemd werd. Maar ook daarbij vormen de auteursrechten een probleem. In 2017 realiseerde de Stichting Gaykrant een online doorstart van dit fameuze medium op DeGaykrant.nl. Deze stichting heeft mede als doel alle oude exemplaren digitaal beschikbaar te maken.
De Stichting Gaykrant heeft als doel alle oude exemplaren digitaal beschikbaar te maken.
De volgende spreker was de historicus Theo van der Meer die hier optrad als voormalig secretaris van het Fonds Wetenschappelijk Onderzoek Seksualiteit (FWOS) dat de subsidie verstrekte waarmee het digitaliseringsproject mogelijk werd gemaakt. Normaliter geeft het FWOS subsidies voor onderzoek naar de seksuele ontwikkeling van kinderen en jongeren, met speciale aandacht voor seksuele, gender en etnische diversiteit. Een aantal bestuursleden vonden de digitalisering van de genoemde tijdschriften toch dermate behartenswaardig, dat de subsidie-aanvraag toch gehonoreerd werd.
Derde pijler
Universitair docent literatuurwetenschap Agnes Andeweg schetste vervolgens het historische belang van de vier periodieken, op basis van een eerste blik op dit materiaal. Doorgaans worden bij de LHBT-emancipatie twee pijlers onderscheiden, namelijk de politieke emancipatie en het homo-uitgaansleven. De homo- en lesbische bladen zouden volgens Andeweg echter gerust als derde pijler gezien kunnen worden, aangezien ze een belangrijke rol speelden bij de meningsvorming binnen de homogemeenschap. Het hoogtepunt qua titels en bereik lag waarschijnlijk zo rond 1985.
“Homo- en lesbische bladen vormen de derde pijler van LHBT-emancipatie, naast het uitgaansleven en politieke emancipatie”
In Dialoog, Homologie, Sek en Diva vond ook veel discussie plaats over onderwerpen die vaak nog steeds actueel zijn. Bijvoorbeeld over activisme versus conformisme of over identiteitspolitiek, waar men destijds al argumenten voor en tegen had. Dit is echter grotendeels in vergetelheid geraakt, waardoor bij veel hedendaagse debatten het wiel opnieuw uitgevonden moet worden. Toch is volgens Andeweg wel vooruitgang geboekt, want de discussies die destijds alleen in de homo-tijdschriften voorkwamen, worden tegenwoordig in de grote landelijke kranten gevoerd.
Kwaliteit en camp
Wat voorts opviel was dat de artikelen vaak van opmerkelijk hoge kwaliteit waren: uitgebreid en gedegen en niet zelden voorzien van voetnoten om een wetenschappelijk niveau te halen. Tegelijkertijd sprak er een zekere lichtvoetigheid of zelfs schalksheid uit bijvoorbeeld de taalgrapjes of de illustraties – het was de typisch homoculturele camp, die dus niet alleen was voorbehouden aan de “dragqueens in de Reguliersdwarsstraat.”
Tenslotte sprak Sacha Wijmer die als lid van de redactie van Homologie begonnen was en vervolgens overstapte naar Diva. Zij vertelde met veel humor over het pionierswerk achter de schermen van beide bladen. Een kritisch punt was dat ze op internet maar weinig goede informatie had kunnen terugvinden en dat het Wikipedia-artikel over Homologie bijvoorbeeld niet de juiste oprichters vermeldde.
Dat laatste geeft aan dat de komst van het internet een flinke breuk in de kennisoverdracht teweeg heeft gebracht. Tegelijk lijken LHBT+ ers tegenwoordig veel minder noodzaak te voelen om op culturele en wetenschappelijke wijze met zichzelf bezig te zijn. Het huidige aanbod steekt in elk geval schraal af tegenover datgene wat eerdere generaties produceerden en dat geldt niet alleen voor Dialoog, Homologie, Sek en Diva, maar zelfs voor de meer commerciële bladen die op het homo-uitgaansleven gericht waren. Wat dat betreft blijft er nog heel wat te digitaliseren en te onderzoeken over.
Coverfoto: eigen collectie