Samen met zestien andere Europese lidstaten slaat Nederland alarm over de onderdrukking van LHBTIQ+ personen in Hongarije. De landen hebben scherpe kritiek geuit op EU-lidstaat Hongarije vanwege recent aangenomen wetgeving. Daarmee worden de rechten van LHBTIQ+-personen ernstig beperkt.
Tekst: Ronald Mol
De zeventien lidstaten beschuldigen de regering-Orbán ervan fundamentele waarden van de Europese Unie te schenden, waaronder menselijke waardigheid, vrijheid, gelijkheid en respect voor mensenrechten. Aanleiding voor de gezamenlijke verklaring is een reeks wetgevingsmaatregelen die het Hongaarse parlement in maart en april aannam. De spanning tussen de Hongaarse regering, die steeds vaker een dissident geluid laat horen, en een meerderheid van de EU-lidstaten loopt hierdoor verder op.
verstrekkende gevolgen
Deze wetten hebben verstrekkende gevolgen. Zo vormen ze niet alleen de juridische basis waarop het verbod op Pride-evenementen is gebaseerd. Daarnaast stellen ze ook het “uitbeelden of promoten” van homoseksualiteit aan minderjarigen strafbaar. Ook wordt het mogelijk gemaakt om gezichtsherkenningscamera’s in te zetten bij publieke evenementen, om op die manier aanwezigen te identificeren. Verder legden de Hongaren grondwettelijk vast dat het land slechts twee geslachten erkent: man en vrouw.
Volgens activisten in Hongarije komt dit neer op een de facto verbod op Pride-evenementen. Premier Viktor Orbán zei daar eerder zelf over: “Pride-organisatoren hoeven het dit jaar niet eens te proberen.” Zijn kabinetschef Gergely Gulyás ging daar nog even overheen. Hij voegde eraan toe dat Hongarije “niet verplicht is Pride door het centrum van Boedapest te laten trekken”. Orbáns Fidesz-partij stelt dat de maatregelen nodig zijn om kinderen te beschermen. Volgens tegenstanders is het overduidelijk dat de wetten ingaan tegen universele rechten. Ze sloegen al eerder alarm over de mensenrechtensituatie van LHBTIQ+ personen in Hongarije. Daarbij wijzen ze op fundamentele rechten zoals het recht op privacy, vrijheid van vergadering en vrijheid van meningsuiting.
EU-kernwaarden
De gezamenlijke verklaring werd ondertekend door de regeringen van Oostenrijk, België, Tsjechië, Denemarken, Estland, Finland, Frankrijk, Duitsland, Ierland, Letland, Litouwen, Luxemburg, Nederland, Portugal, Slovenië, Spanje en Zweden. Hij werd uitgebracht voorafgaand aan een EU-hoorzitting over de vraag of Hongarije nog voldoet aan de kernwaarden van het EU-lidmaatschap.
In de verklaring is het volgende te lezen: “Wij zijn ernstig verontrust door deze ontwikkelingen. Het respecteren en beschermen van de mensenrechten en fundamentele vrijheden van alle mensen, inclusief LGBTIQ+-personen, is onlosmakelijk verbonden met het lidmaatschap van de Europese familie.” De landen roepen de Europese Commissie op om alle beschikbare juridische middelen in te zetten als Hongarije weigert het beleid aan te passen. De Commissie kan bijvoorbeeld een inbreukprocedure starten. Ook zou Hongarije zijn stemrecht in de Europese raad kunnen verliezen. Daar is wel een absolute meerderheid voor nodig. Europese diplomaten erkennen dat hier waarschijnlijk onvoldoende steun voor is onder de 27 lidstaten.

Commissie onderzoekt juridische stappen
Volgens Tineke Strik, Europarlementariër voor GroenLink-PvdA, is de verklaring een goede eerste stap. Maar volgens haar mag er wel wat meer gebeuren: “De Raad moet na de hoorzitting van vandaag concrete stappen zetten om de koers van Orbán te veranderen.”
Michael McGrath, de Europese commissaris voor democratie en de rechtsstaat, uitte dinsdag namens de Commissie al grote zorgen over de situatie: “Vrijheid van vergadering is een fundamenteel recht. Het vormt geen bedreiging voor kinderen. Het vormt geen bedreiging voor wie dan ook. En het moet te allen tijde beschermd en gewaarborgd worden.”
De Commissie onderzoekt momenteel alle beschikbare opties om op te treden tegen de Hongaarse regering.