De Tweede Kamer wil dat het kabinet een delegatie naar de Pride van Boedapest stuurt. Een motie die het kabinet daartoe oproept werd vandaag ingediend door Marieke Koekkoek (Volt) en Thom van Campen (VVD). Naast de regeringspartijen VVD, BBB en NSC hielpen de SP, GroenLinks-PvdA, de PvdD, D66 en het CDA de motie aan een meerderheid. Geheel volgens verwachting stemde de PVV als enige coalitie-“partij” tegen.
Tekst: Ronald Mol
Foto’s: Volt, Tweede Kamer en Rijksoverheid
Pride-evenementen zijn sinds april verboden in Hongarije. Het Hongaarse parlement nam daarvoor niet alleen een wet met een verbod op Pride-evenementen aan, de Hongaren gingen nog een stuk verder. Met een grondwetswijziging verboden ze het voor LHBTIQ+ personen in Hongarije om op wat voor manier dan ook te protesteren of evenementen te organiseren. Daarmee zijn leden van de regenbooggemeenschap in feite tot tweederangsburgers gedegradeerd, voor zover ze dat al niet waren. De wet is zodanig vaag geformuleerd, dat zelfs een verjaardagsfeest als verboden evenement aangemerkt kan worden.
Op deelname aan Pride-evenementen staat inmiddels een boete van 500 euro. De Hongaarse politie heeft vergaande bevoegdheden gekregen om om het verbod met geavanceerde gezichtsherkenningstechnieken te handhaven. Volt-Kamerlid Marieke Koekkoek vindt daarom dat Nederland de organisatie van de Boedapest Pride moet steunen door kabinetsleden naar het evenement te sturen. “Daarmee laat je zien: dit is ons Europa. Een Pride gaat altijd door, want zo zijn onze Europese waarden.”
Slap excuus
Defensie-minister Brekelmans viel vandaag in voor de minister van Buitenlandse Zaken. Hij adviseerde om de motie aan te houden, met andere woorden: om nog even te wachten met het indienen ervan. Bij zijn beantwoording verschuilde hij zich achter het argument dat de Pride-organisatie nog geen vergunning voor de Pride heeft aangevraagd. Zolang de organisatie van Boedapest Pride nog aan het bekijken is hoe ze dat precies willen doen, wacht het kabinet “eerst af waar de prideorganisatie zelf mee komt, op welke manier zij een event willen laten plaatsvinden. Op dat moment spreken wij ons daarvoor uit,” aldus de minister.
Maar daar nam Kamerlid Koekkoek, de indiener van de motie, geen genoegen mee. Want zij had deze oproep van de Boedapest Pride-organisatie, om vooral massaal naar de Boedapest Pride te komen, namelijk wel gelezen. Met die oproep hoopt de organisatie van Boedapest Pride op 28 juni zoveel mogelijk (internationale) deelnemers naar Boedapest te krijgen. Een oproep die met een heel duidelijke reden is gedaan.
Hoe duidelijk kan het zijn?
Met deze oproep hoopt de organisatie van de Boedapest Pride namelijk niet alleen internationale solidariteit te genereren, maar ook de Hongaarse regering voor een voldongen feit te plaatsen. Als er veel buitenlandse (regerings)vertegenwoordigers en andere politieke kopstukken op het Pride-evenement in Boedapest aanwezig zijn, dan wordt hard ingrijpen door de politie ineens een stuk lastiger.
De uitleg van de minister verbaasde Koekkoek dan ook, liet ze weten tijdens het debat. “De website, het programma van de Boedapest Pride is er gewoon, dus er is al ongelofelijk veel duidelijk.” Practice what you preach, leek ze minister Brekelmans te willen zeggen. Wanneer het kabinet een delegatie naar de Boedapest Pride stuurt, is volgens haar juist een krachtig signaal van steun aan de organisatie: “Want die moeten nu vechten tegen een wet die keihard tegen alle Europese wetten ingaat,” hield ze de minister voor.
Kabinet Schuif
De motie op een later moment indienen, zoals de minister in zijn beantwoording had geadviseerd, wilde Koekkoek absoluut niet. “Ik wil de motie niet aanhouden. Je moet namelijk juist druk zetten om die organisatie te helpen,” liet ze de minister weten. Waarschijnlijk vond Koekkoek dat er nog een andere organisatie is die wel geholpen is met wat druk van buitenaf, namelijk: het kabinet zelf.
Haar onderliggende boodschap was voor een goed verstaander ook heel duidelijk: Met het vroegtijdig indienen van haar motie wil Koekkoek voorkomen dat van uitstel voor de zoveelste keer afstel gaat komen. Want dat trucje kennen de Tweede Kamerleden inmiddels wel. En het begint in politiek Den Haag ook steeds meer te irriteren: de haast dwangmatige neiging van kabinet Schoof om moeilijke kwesties voor zich uit te schuiven.
Geen smoesjes
Koekkoek ging dan ook niet mee in wat minister Brekelmans tijdens het debat leek te suggereren; namelijk om de volgende Raad Algemene Zaken op 24 juni af te wachten. Want als ze de motie pas vier dagen voor de Boedapest Pride zou indienen, legde ze de minister fijntjes uit, “dan heeft het kabinet namelijk geen mogelijkheid meer om zich te organiseren of om druk uit te oefenen.”
Met andere woorden: Koekkoek gunt het kabinet niet de mogelijkheid om zich er vlak voor de Boedapest Pride met een smoes vanaf te maken. De steun vanuit de Tweede Kamer was al even duidelijk: de ‘Haagse Sneeuwschuif’ kan niet worden ingezet; ‘te weinig tijd’ is geen excuus. De motie is ruim van tevoren ingediend, een brede Kamermeerderheid heeft die gesteund. Het is nu aan het kabinet om er werk van te maken.
•••
Adverteren op Gaykrant en daarmee onafhankelijke journalistiek met een regenboograndje mogelijk maken?
Klik hier voor meer informatie!
