In dit tweeluik van longreads interviewt predikant (PKN) en Gaykrant-columnist Stijn van der Woude mensen die te maken hebben gehad met conversietherapie, een vorm van psychotherapie waarbij mensen zogenaamd ‘genezen’ zouden kunnen worden van ‘verkeerde’ seksuele gevoelens. Deze therapie wordt veel aangeboden door kerken. Hoe hebben deelnemers deze therapie ervaren? Dragen ze het mee, of heeft het ze juist sterker gemaakt? Zijn ze boos, teleurgesteld? In dit eerste deel lezen we over Johan Verweij, die als adolescent conversietherapie onderging.
Tekst: Stijn Jephta van der Woude
foto’s: Mirjam Broekhof Fotografie
inleiding
Hoi Johan. Kun je mij vertellen wie je bent? Waar kom je vandaan en wat doe je graag in het leven?
Natuurlijk kan ik dat! Ik ben Johan, 38 jaar oud, vrijgezel, maar niet alleen wonend in Culemborg, want ik heb twee ontzettend leuke teckels en een kat. Oorspronkelijk kom ik uit Nieuw-Lekkerland, dat ligt in de Alblasserwaard. Van beroep ben ik schrijver en virtual office assistent, maar draai af en toe ook een horeca-dienst en sinds een aantal maanden verkoop ik regenboogkaarsen. Dat doe ik als onderdeel van het op gang brengen van de dialoog over onderwerpen die van belang zijn voor LHBT+’ers. Verder houd ik in mijn vrije tijd erg van sporten. Ik zwem graag, mountainbike eens in de zoveel tijd en ben over het algemeen graag buiten. Naar het theater of films gaan doe ik verder ook graag, dus ik vind het leuk om veel bezig te zijn met van alles en nog wat.
religieuze jeugd
Zoals ik al zei groeide ik op in de Alblasserwaard. Ik ben in de gereformeerde bond van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN) opgegroeid. Dat is kerkelijk een vrij behoudende kring, maar als ik naar mijn eigen gezin kijk viel dat eigenlijk wel mee. Bij ons thuis was de opvoeding kerkelijk best licht, we hebben veel verschillende kerken gezien samen met mijn ouders. Kerkelijk waren mijn ouders best flexibel te noemen, maar voor de rest was het toch een conservatieve opvoeding met bepaalde regels en voorwaarden die passen bij de indirectheid van de gereformeerde bond.
Als tiener was ik erg geïnteresseerd in de meer evangelische kerken, die qua uiterlijk en vorm toch wat moderner zijn dan veel klassieke protestantse kerken. Ik heb tot mijn 23ste thuis gewoond, met een klein uitstapje tussen mijn 19de en 22ste toen ik in een woongemeenschap voor evangelisatiewerk zat. Als volwassene heb ik mij uiteindelijk laten dopen en ben ik naar een Bijbelschool in Zwijndrecht gegaan omdat ik een soort roeping ervaarde.
geen succes
Dat bleek uiteindelijk, gezien mijn homoseksuele gevoelens, toch geen succes. Ik heb in mijn periode in de woongemeenschap – mede door de conversietherapie – uiteindelijk een burn-out gekregen en ben teruggegaan naar mijn wortels. Op mijn 23ste ben ik toen naar Rotterdam verhuisd om de vrijheid van de grote stad te ervaren en sinds acht jaar woon ik nu in Culemborg. Culemborg is een regenboogstad en is een hele fijne plek om te wonen als LHBT+’er. Ik heb totaal geen last van intimidatie en er is prachtige natuur hier, maar ik mis toch wel eens de reuring van de grote stad.
Ik heb nog goed contact met mijn broers en zussen en we eten of drinken geregeld met elkaar. Met mijn ouders is het een ander verhaal. Ik zou wel thuis mogen komen met een vriend, maar ik merk dat ze daar moeite mee hebben.
ervaringen
Deze reeks interviews gaat over mensen die te maken hebben gehad met conversietherapie. Zou je willen vertellen wat jouw ervaringen daarmee zijn?
Ik merkte al jong dat homoseksualiteit in mijn omgeving niet werd geaccepteerd. Toen ik 16 was merkte ik al dat je dat eigenlijk niet echt kon uiten. Persoonlijk had ik er nog niet eens zoveel moeite mee, maar ik voelde een enorme druk vanuit mijn omgeving, zonder dat dit direct werd gecommuniceerd. Op jonge leeftijd heb ik mij al aangepast aan de verwachtingen van de plek waar ik woonde. Uiteindelijk heeft dat ertoe geleid dat ik door de evangelische kerken waar ik veel kwam, ook literatuur ben gaan lezen rondom homoseksualiteit. Met name in evangelische kerken heerst nog vaak het idee dat er zoiets bestaat als pray the gay away: je homoseksuele gevoelens kun je ‘wegbidden’.
‘Opvullen’ met heteroseksuele gevoelens
Samen met wat kennissen van de eerdergenoemde woongemeenschap die ik wat meer in vertrouwen had genomen, kwam ik tot de conclusie dat dit voor mij misschien ook wel een optie was. Ik ben toen op een gegeven moment bij iemand thuis uitgenodigd, waar we in de slaapkamer in een gebedskring om de aanwezigheid van God vroegen en God in gebed voorlegden om de onreine geest die in mij zat te verdrijven en ‘op te vullen’ met heteroseksuele gevoelens.
Als ik er aan terugdenk was het eigenlijk een heel euforisch moment, bijna te vergelijken met de effecten van drugs. Ik was er op dat moment voor mijn gevoel van overtuigd dat dit de oplossing zou kunnen zijn, maar je merkt al snel dat het een soort spirituele high is en dat zoiets op de lange termijn niet werkt. Het heeft toen bijna zeven jaar geduurd voordat ik echt vrede had met mijzelf en al die tijd heb ik de gevoelens, die natuurlijk niet weg waren, geprobeerd te onderdrukken. Dat heeft vanzelfsprekend voor een enorme psychische druk gezorgd.
gevolgen
Wat waren voor jou de gevolgen van de conversietherapie? Heb je er geestelijke littekens aan overgehouden, ben je er sterker of creatiever door geworden? Kortom: welke plaats heb je het kunnen geven?
Ik merk zo nu en dan nog steeds wel dat er dingen zijn waar ik last van heb. Zo droom ik bijvoorbeeld nog erg veel over mijn middelbare schoolleeftijd, over het moment net voor de conversietherapie. Ik merk dan dat ik een sterk gevoel heb van ‘zoeken naar wie ik ben’. Gelukkig heb ik daar niet dagelijks last van, maar af en toe komt het voorbij. Het lijkt voor mij wel alsof je een deel van je pubertijd kwijt bent, omdat je dat zo lang hebt onderdrukt.
En dat alles door de overtuigingen die andere mensen hadden. Ik vind dat zelf zo nu en dan erg verdrietig, want het had zoveel leuker en anders kunnen lopen. De ideale situatie achteraf was voor mij bijvoorbeeld dat je iemand hebt, die je aanmoedigt om jezelf te leren ontdekken als je twijfelt over wie je bent. Iemand die zegt: je bent goed zoals je bent, ga maar een vriendje opzoeken, ga daten. Vrijheid en ruimte waren achteraf erg fijn geweest, want die heb ik toen totaal niet gevoeld.
niet alleen maar slachtoffer
Ik wil echter ook benadrukken dat ik mij vooral niet alleen slachtoffer wil voelen. Natuurlijk is het verdrietig wat mij is overkomen, maar ik merk wel dat ik er veel sterker en creatiever door ben geworden. Ik was altijd echt een pleaser: een schuw vogeltje. Iemand die veel op de achtergrond was, maar dat is wel echt veranderd toen ik mijzelf heb overwonnen.
Toen ik mijn boek ‘het roze schaap’ uitbracht, nadat de Nashville-verklaring was gepubliceerd, kwam er heel veel onverwachte media-aandacht voor mijn persoonlijke verhaal. Ik heb toen veel reacties gehad van kranten, de Evangelische-Omroep, NU.nl en vorig jaar nog van BNN-Vara. Daarnaast ontving ik veel respons van mensen die hetzelfde hebben meegemaakt. Dat heeft me onwijs gesterkt en daarom is mijn leven nu op een veel positievere manier gekleurd.
de kracht van verhalen
Hoe kijk je naar de mensen die conversietherapie aanbieden? Kun je je verplaatsen in hun motieven om dit te doen? Zelf heb je ooit gezegd: ‘’er moet ALTIJD ruimte zijn voor een dialoog’’, hoe ga je het beste en met respect de dialoog aan met deze mensen?
Ik geloof echt in de kracht van verhalen vertellen en de dialoog met elkaar aangaan. Ik vertel mijn persoonlijke verhaal dan ook om dit onderwerp meer bespreekbaar te maken en voor- en tegenstanders dichter bij elkaar te brengen. Afgelopen jaren heb ik bijvoorbeeld gemerkt dat je veel reacties krijgt van mensen die geraakt zijn door mijn verhaal, die hetzelfde hebben meegemaakt of die weten van iemand in hun omgeving die hetzelfde heeft meegemaakt. Hoe jammer het ook is dat ik dit heb meegemaakt: je bent altijd meer dan de ervaringen in je leven. Als wat je meemaakt vormend is voor wie je bent of kunt worden.
Het lastige bij dit onderwerp is alleen dat de mensen erg tegenover elkaar staan. De voor- en tegenstanders lijken zichzelf diep te hebben ingegraven. Hoe breek je de patstelling open? Wat ik merk is dat de grootste tegenstanders vaak geen verhalen kennen van mensen uit persoonlijke kring die dit hebben ondergaan. Zodra het dichterbij komt wordt de toon vaak milder en begripvoller, maar dat is niet altijd het geval. Juist daarom is het belangrijk dat mensen hun verhaal vertellen, want het maakt het onderwerp menselijker, in plaats van iets dat alleen maar als thema ‘besproken’ wordt.
eigen pad
Maar ik moet ook eerlijk zijn, een gesprek is niet altijd mogelijk: soms moet je het stof van je voeten schudden en je eigen pad gaan, om de Bijbel maar even aan te halen. Dat kan ook een heel krachtig statement zijn. Wat de beste tactiek is verschilt gewoon ontzettend per situatie. Ik geloof wel heel erg in het gegeven dat de dialoog mogelijk moet zijn, dat is écht een soort basiswaarde in mijn leven. Af en toe moet ik door de mensen die ik ontmoet mijn hoop op een dialoog ook wel eens bijstellen, maar het streven is om het altijd te proberen.
ongeneeslijk religieus
Conversietherapie komt – niet altijd, maar wel vaak – voor in religieuze kringen. Je groeide zelf op in een gelovig gezin. Ben je zelf nog gelovig? En hebben de ervaringen die je hebt gehad iets met je beeld van God, of het beeld van gelovigen gedaan?
Ik zou mijzelf misschien als agnost beschrijven, maar tegelijkertijd ook als ongeneeslijk religieus. Ik ga jaarlijks meestal wel naar een roze viering in Rotterdam. Dan vind het fijn om een kaarsje aan te steken en mij onder te dompelen in rituelen, maar als je het hebt over kerkgang of bidden ben ik niet zo actief. Mijn beeld van God was vroeger vooral die van een onzichtbare vriend.
Als ik hulp zocht – zeker na de conversietherapie – huilde en riep ik wel naar God, maar dat doe ik nu allemaal niet meer. Ik geloof niet in een oordelende God, maar heb ook niks met het idee van god als een soort ‘papa’. Wel geloof ik sterk dat je deel uitmaakt van een groter geheel. Ik vind religie prima en vind de verhalen van mensen die kracht halen uit religie ook mooi. Misschien wil ik het voor mijzelf gewoon niet teveel in een hokje stoppen.
denk na
Ik kan mij voorstellen dat mensen zoiets als conversietherapie aanbieden, want ik ben zelf ook opgegroeid met dit gedachtegoed. In sommige groepen leeft het gewoon sterk. Tegelijkertijd vind ik wel, zeker de laatste twintig jaar met de intrede van sociale media, dat er zoveel ervaringsverhalen naar buiten zijn gekomen van mensen die schade hebben ondervonden hiervan en van deze praktijken, dat ik denk: mensen denk na over wat je hiermee doet.
In de kerk zijn vaak prominente figuren die op een voetstuk worden gezet en die snel worden geloofd. Maar God heeft jou als individu ook hersens gegeven. Staar je niet blind op zo’n charismatisch figuur, want je kunt ook zelf nadenken in plaats van dat iemand voor je denkt. Bij zulke thema’s moet een kerk zichzelf in de spiegel kijken en zeggen: misschien moeten we dit toch anders doen. Ga vooral met mensen in gesprek, dat is denk ik het belangrijkst. Een mooi voorbeeld vind ik daarin Hanne de Vries. Die is pro-lhbti en in evangelische kringen erg bekend als christelijke zanger. Hij is bereid zichzelf onder de loep te nemen en zijn twijfels en ideeën onder ogen te komen.
onderbelicht
Is er volgens jou een onderbelicht punt als het gaat om het gesprek over conversietherapie?
Mijn missie is er vooral op gericht om mensen inzicht te geven in wat deze therapie met je doet. Hoe je jezelf eraan kan ontworstelen. Mensen die dit hebben meegemaakt worden in de media vaak neergezet alsof je enkel slachtoffer bent. Maar niet dat je deze ervaring ook kunt gebruiken om te groeien en te ontwikkelen. Ik merk van mensen die deze therapie ook hebben ondergaan dat ze op een gegeven moment niet meer in de media willen optreden. Omdat ze hun verhaal steeds op dezelfde manier moeten ‘afdraaien’.
Zelf ben ik voorstander van een verbod op conversie-therapie, maar soms gaat het teveel alleen daar over. Voor een constructieve dialoog tussen voor- en tegenstanders moet je ook begrijpen waarom bepaalde kringen deze therapie aanbieden. Je moet het in hun context plaatsen, maar dat is lastig als mensen weinig weten van kerken en het geloof. Vice versa kunnen mensen in de kerk ook meer hun best doen om in te zien wat ze eigenlijk doen. Om zichzelf af te vragen: past dit wel in de identiteit die we willen uitstralen?
advies
Als je een advies aan niet religieuze lhbti’ers zou willen geven over de kerk en het geloof, wat is dat dan?
Ik denk dat het vooral belangrijk is om met elkaar in gesprek te gaan. Probeer interesse in elkaar te tonen, juist misschien wel omdat je van elkaar verschilt. Parkeer je eigen voordelen en ga het gesprek aan. Wie is de ander eigenlijk en zou hij of zij ook een oprechte overtuiging kunnen hebben? Wat heeft diegene beleefd en wat kan ik er zelf van leren? In dit geval gaat wat mij betreft veelal het spreekwoord op: spreken is zilver, zwijgen is goud. Hoe meer je bereid bent om open te staan voor de ander, hoe nader je tot elkaar komt.