Earthday 2024: The Pale Blue Dot

The Pale Blue Dot

Op 14 februari 1990 nam Voyager I een foto. Dat was op zich niet bijzonder, daar was de ruimtesonde immers voor ontworpen. Wat wel bijzonder was, is het feit dat met die foto geen onbekende delen van het heelal werden vastgelegd, maar juist een voor ons heel bekend stukje. Het zou één van de meest beroemde ruimtefoto’s worden. The Pale Blue Dot. Vandaag, op Earthday, moest ik daar ineens aan denken.

Tekst: Ronald Mol

Halverwege de jaren 60 van de twintigste eeuw dacht men bij NASA na over een “Grand Tour”. Een tour met de bedoeling om de buitenste planeten van het zonnestelsel te bestuderen. Maar bezuinigingen leidden in 1972 tot een vroegtijdig einde van dat idee.

missie en foto

Oorspronkelijk was Voyager 1 als “Mariner 11” van het Marinerprogramma gepland. Dat was een  ruimtevaartprogramma met onbemande sondes, met als doel het verkennen van de planeten Mars, Venus en Mercurius. De bezuinigingen zorgden ervoor dat de missie van de Voyager I werd versimpeld tot een flyby van Jupiter en Saturnus.

Op 14 februari 1990 had de Voyager 1 zijn primaire opdracht voltooid. De sonde was onderweg om het zonnestelsel te verlaten. Maar op vraag van astronoom, astrofysicus, kosmoloog en wetenschapscommunicator  Carl Sagan draaide NASA de camera van de Voyager I, om een foto te nemen van de aarde. Het resultaat zou bekend worden onder de naam The Pale Blue Dot; een klein stipje van 0,12 pixels groot: de aarde. Met de grote uitgestrektheid van het heelal als achtergrond.

gouden plaat

Voyager 1 heeft een gouden grammofoonplaat bij zich, de Voyager Golden Record, bedoeld als boodschap aan buitenaardse beschavingen. Hierop staan tekeningen en geluiden afkomstig van de aarde. Verder bevat de plaat symbolen die dienen als handleiding om hem te kunnen afspelen. De inhoud van deze plaat is samengesteld door een commissie onder leiding van Sagan.

De sondes waaraan de platen bevestigd zijn, zijn relatief klein en gezien de uitgestrektheid van de interstellaire ruimte is de kans dat de platen ooit gevonden zullen worden buitengewoon klein. En zelfs als ze door een buitenaardse soort gevonden zullen worden, dan zal dat pas ver in de toekomst zijn. In dat opzicht heeft de Voyager I missie dan ook veel meer betekenis voor mensen onderling.

Betekenis

In zijn boek Pale Blue Dot: A Vision of the Human Future in Space beschrijft Sagan de betekenis van de foto:

“Kijk nog eens naar die stip. Dat is hier. Dat is thuis. Dat zijn wij. Daarop heeft iedereen van wie je houdt, iedereen die je kent, iedereen van wie je ooit hebt gehoord, elk mens dat ooit heeft bestaan, zijn leven geleefd. Het geheel van onze vreugde en lijden, duizenden zelfverzekerde religies, ideologieën en economische doctrines, elke jager en verzamelaar, elke held en lafaard, elke schepper en vernietiger van de beschaving, elke koning en boer, elk jong verliefd stel, elke moeder en vader, hoopvol kind, uitvinder en ontdekkingsreiziger, elke moraalleraar, elke corrupte politicus, elke ‘superster’, elke ‘hoogste leider’, elke heilige en zondaar in de geschiedenis van onze soort leefde daar – op een stofje dat zweeft in een zonnestraal.”

En dan?

Ik vraag me daarom soms af: wat als die ruimtesonde gevonden wordt door een soort die net zo nieuwsgierig is als wij? Zullen ze komen? En zo ja; wat zullen ze aantreffen? Hebben we tegen die tijd geleerd om elkaar niet meer te beoordelen op seksuele voorkeur, persoonlijke genderbeleving, kleur van de huid en fysieke (on)mogelijkheden? Zijn we dan het oorlog voeren ontstegen? Hebben we tegen die tijd een manier gevonden om samen, met elkaar en andere soorten, op dat bleke blauwe stipje te leven? Hebben we tegen die tijd geleerd om niet meer te kijken naar de talloze verschillen?

Gaan we dan uit van het enige dat ons verbindt: The Pale Blue Dot?

Soms lijkt het moment waarop we niet meer naar verschillen kijken nog heel ver weg. En als hoofdredacteur van Gaykrant lees ik waarschijnlijk bovengemiddeld negatieve berichtgeving over de mensheid en in het bijzonder over de regenbooggemeenschap waar ik deel van uit maak. Maar ondertussen blijf ik een glas-half-vol-type. Ik moet ook wel. Van bij de pakken neerzitten is nog nooit iemand beter geworden. Laat staan de wereld.

Het glas is half vol

Onderzoek wijst bijvoorbeeld uit dat de hersenen van een mens vandaag de dag met 6,6% zijn gegroeid, vergeleken met degenen die vochten in de Tweede Wereldoorlog en degenen die op hun terugkeer wachtten. En niet alleen dat; de oppervlakte van moderne hersenen is ook ongeveer 15% groter. Dat betekent dat mensen vandaag de dag waarschijnlijk beter in staat zijn om ziekten zoals dementie, die met name voorkomen in krimpende hersenen, te voorkomen.

En het gaat verder: vorige maand werd bekend dat de wereldwijde kindersterfte nog nooit zo laag is geweest. Ook hebben onderzoekers een manier gevonden om elektriciteit op te wekken door gebruik te maken van CO2 uit de atmosfeer. Daarnaast is er ook een manier gevonden om CO2 en plastic afval met behulp van de zon om te zetten in brandstof. En de eerste persoon met een in het brein geïmplanteerde chip schaakt ondertussen weer een potje; ook al is hij vanaf de schouders verlamd.

Nu moeten we al die ontwikkelingen alleen nog ten goede aanwenden. Dat zou toch niet zo moeilijk moeten zijn?

 

 

 

 

•••

Adverteren op Gaykrant en daarmee onafhankelijke journalistiek met een regenboograndje mogelijk maken?

Klik hier voor meer informatie!

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.