Bart Lauwen (27) is sinds 2021 raadslid van de gemeente Breda namens D66. Hij zet zich hier onder andere in voor Diversiteit. Gaykrant ging met hem en Europarlementariër Samira Rafaela in gesprek over hun goede contacten, LHBTI+-emancipatie en het belang van het gesprek aangaan, zowel in de lokale politiek als daarbuiten. Het interview met Samira Rafaela publiceerden we al eerder, je kunt het hier teruglezen.
Tekst: Mart Bornebroek
Je hebt goed contact met Europees Parlementariër Samira Rafaela. Wat spreekt u aan in haar?
“Bij Samira kwam er één ding heel erg naar boven, over alle thema’s heen. En dat is doen wat rechtvaardig is voor groepen die misschien niet voor zichzelf durven op te komen. En ze gaat bewust om met haar voorbeeldfunctie, iets wat mij ook heel erg aansprak.
Ik probeer dat ook te doen. Ik ben een boerenjongen van het platteland, die op mannen valt, die in de politiek zit namens een partij als D66… Net iets anders dan de doorsnee Brabander, zeg maar. Toen ik lijsttrekker was voor de gemeenteraadsverkiezingen, was ik de enige lijsttrekker die op mannen viel. Dan zie je toch dat er tijdens de debatten en gesprekken op een hele andere manier wordt gesproken. Na afloop praat je met publiek dat naar het debat heeft geluisterd. Die zeggen dan: “Ik vind het goed dat je er staat, want anders zou je denken dat er alleen maar witte hetero’s in de politiek zitten”. Dat gevoel van representatie geeft veel mensen een gevoel van herkenning. Wat volgens mij heel belangrijk is.”
ONE WAY OR ANOTHER
Is er nog veel te doen wat betreft LHBTI+-emancipatie in een stad als Breda?
“Ja, er is nog heel veel te doen. Ik merk de afgelopen tijd dat mijn visie op de intolerantie die er is, een beetje is veranderd. Eerst dacht ik bij mezelf: ‘de mensen die roepen in de woestijn, daar moet je niet tegenin gaan.’ De andere politieke reactie kan zijn dat je er juist heel erg tegenin gaat. Een vriend van me werd laatst uitgescholden toen hij terugkwam van de Pride, hij draaide zich om en ging met de mensen in gesprek.
Dat kun je natuurlijk niet altijd doen, maar op een gegeven moment wordt dat een soort Pavlov-reactie. Mensen schelden je uit, dus loop je er maar van weg, want je wilt geen klappen krijgen. Ergens heel logisch, maar als iedereen dat gaat doen dan krijg je nooit dat gesprek waardoor mensen inzien dat wat ze doen niet goed en kwetsend is. Ik geloof dat het gesprek belangrijk is. Het onderwerp LHBTI+ is heel politiek gemaakt, terwijl dat eigenlijk heel raar is. Het is basic human decency dat je elkaar met respect behandeld. Het wordt in de politieke arena gegooid, terwijl het eigenlijk geen debat is dat we zouden moeten voeren.
kalm aan
Beangstigt dat u?
“Mij niet zo zeer. Maar het beangstigt me wel in de zin dat vooral mijn moeder en m’n vriend wel zeggen dat ik af en toe wat kalmer aan moet doen. Er lopen genoeg gekken rond. Toen ik bij mijn moeder uit de kast kwam was haar eerste reactie: ’Pas maar op en loop niet hand in hand over straat, want je weet het maar nooit!’ Besef dat dat haar eerste reactie was, in plaats van dat ze blij is dat haar zoon de liefde heeft gevonden. Dat is heel gek om te beseffen.
Toen ik voor het eerst naar Pride in Amsterdam ging was ik helemaal positief verrast. Maar ik kreeg wel een appje: “Laat even weten als je weer veilig in de trein terug naar huis zit” Dat zijn van die kleine dingen die me wel aan het denken zetten; dat jezelf zijn en jezelf uiten toch niet zo vanzelfsprekend is. Dat vind ik af en toe wel lastig.”
internationale impact
Kunnen de lokale politici iets beteken op het gebied van de grote Europese uitdagingen rondom LHBTI+?
“Er wordt veel gesproken over landen als Polen en Hongarije, die de rechtsstaat uithollen. Aan de ene kant is het ontzettend hard nodig om te adresseren dat de LHBTI+-gemeenschap wordt gediscrimineerd. Maar aan de andere kant moet je ook de dialoog met Poolse en Hongaarse lokale politici blijven voeren. De leider van het land is niet het land zelf. Er zijn genoeg groepen die wel opkomen voor de regenbooggemeenschap. Met die groepen moet je zij aan zij blijven staan, zoals tijdens hun Pridebijeenkomsten. Je moet het gesprek blijven voeren om de mensen uit hun bubbel te kunnen halen.”
DE LOKALE POLITIEK
Terug naar het lokale. Één van uw portefeuilles in de gemeenteraad is Diversiteit. Hoe gaat het werk er in de gemeenteraad aan toe? Waar loopt u tegenaan?
“Je merkt dat je aanloopt tegen de heteronormatieve wereld; alles is volgens dat wereldbeeld geordend. En dan kom jij aan met een ander wereldbeeld. Neem het voorbeeld van de discussie rondom genderneutrale toiletten. Mensen reageren net alsof het de biggest invention on earth is, terwijl het vaak heel simpel is. Je haalt gewoon het bordje van ‘man’ of ‘vrouw’ weg en plaatst een nieuw bordje met ‘WC’. In heel veel overheidsgebouwen heb je sowieso geen urinoirs, maar gewoon toiletten achter deuren. Dan maakt het niet uit of het een man of een vrouw is. Mensen worden daar helemaal kriegelig van. Maar je kunt ook een stapje terugdoen en denken: je wil toch gewoon naar de wc?”
Wat winnen degenen die het politiseren?
“Ik denk ze daarmee een bepaald angstbeeld proberen neer te zetten, zo van: ’Kijk eens waar het naartoe gaat met de wereld, met de ‘maakbaarheid’ van je geslacht!’ Ze grijpen al dat soort elementen aan om dat angstbeeld te bevestigen.”
Wat bedoelt u met dat laatste?
“Het conservatieve angstzaaien: ‘Zie je nou wel dat het traditionele verdwijnt. Je bent geboren als man of vrouw en dat blijf je’. Alles wat van hun wereldbeeld afwijkt wordt bestempeld als slecht. Of als teken dat het niet goed gaat met de samenleving. De vrijheid dat iedereen zelf kan bepalen wie of wat diegene is. Dat zien een aantal groepen als een slechte ontwikkeling. Tegen dat angstbeeld moeten we ons actief verzetten.”
wereldbeeld bevragen
Hoe ziet u dat nog meer terug in de gemeenteraad?
“Vorig jaar hadden we een debat, dat was best heftig. Achteraf heb ik spijt dat ik niet feller van leer ben getrokken. Het ging toen over een regenboog zebrapad in de gemeente Breda. Iedereen was akkoord, maar ineens ging de fractie van Forum voor Democratie flink tekeer. Ze hadden het onder andere over ’deze ziekte uit Amerika’ en zeiden dingen als ’wat mensen doen in hun slaapkamer maakt me niet uit, maar het zou toch onacceptabel zijn als de burgemeester als dragqueen zou verschijnen’… Er zitten best een aantal LHBTI+-ers in de gemeenteraad en we waren er echt van aangedaan. Wat zegt hij nou? Je zit daar met elkaar, je bent collega’s.
Na afloop ga je met elkaar een drankje doen en dan durf je tijdens een debat te zeggen dat wij een ’ziekte uit Amerika’ hebben? Excuse me, hoe kom je daarbij?! Toen heeft een collega van de PvdA gezegd dat zij de woorden niet passend vond. Na afloop ben ik nog naar die FvD-er toegelopen en gevraagd hoe hij het in zijn hoofd haalde om dit soort dingen te zeggen. ‘Hoe kom je erbij? Waarom vraag je dat niet gewoon aan ons? Hoe kom je bij dit wereldbeeld?’ Toen viel hij door de mand: het bleek dus dat hij dit vanuit Den Haag door had gekregen. Hem werd opgedragen om dit te zeggen. Dat is dan ergens geruststellend. Maar ik denk dan bij mezelf dat sommige mensen blijkbaar niet in de gaten hebben dat woorden er echt toe doen.”
Resultaat: basic decency
Vind u het dan niet moeilijk om met hem in gesprek te gaan na afloop?
“Ik wil begrijpen waarom hij tot die gedachten komt. Misschien komt het door mijn geschiedenisachtergrond. Anderzijds wil ik ook mijn wereldbeeld, wat hij niet ziet of begrijpt, op een rustige manier aan hem uitleggen. En dan op een manier waardoor hij ruimte heeft om vragen te stellen. Ik hoop dat er dan misschien iets bij hem binnen komt, waardoor hij beseft dat bepaalde termen of zinnen kwetsend kunnen overkomen. Basic decency.
Het is in de politiek niet sexy om normale omgangsvormen te bespreken, maar ik zie dat ik resultaten boek. Sindsdien heeft hij namelijk niet meer over dit soort termen gesproken. En toen hij het moeilijk had hebben we hem later ook gesteund. Uiteindelijk zijn we allemaal mensen die het beste met Breda voor hebben, ieder op zijn eigen manier. Je blijft collega’s en het beste wat je kan doen is dat je op een respectvolle manier met elkaar omgaat. Als je dat geeft, dan krijg je dat ook op een respectvolle manier terug.
Dat soort punten zijn kleine overwinningen. Het is niet allemaal paradise on earth in Breda. Er zijn echt wel mensen die dingen roepen die niet leuk zijn. Maar je hoeft mensen niet door het slijk te halen of te framen; je hoeft niet altijd alles uit te spreken. Als ik overal moet zeggen waar ik op tegen ben, dan zou ik helemaal gek worden van mezelf. Het lijkt me niet altijd nodig.”