Mark Timpen (32) is docent aan de PABO van de Hanzehogeschool in Groningen. Hij heeft inclusie en diversiteit hoog in het vaandel staan. Mark stuurde een bericht naar de redactie over zijn werkzaamheden en dit wakkerde de nieuwsgierigheid aan. Gaykrant sprak met hem.
Interview: Floor Brands
Foto’s: Pedagogische Academie Hanzehogeschool Groningen en Mark Timpen
Ik ben eigenlijk heel erg nieuwsgierig, Kun je wat meer over jezelf vertellen?
Ik ben Mark Timpen, ik werk sinds tweeëneenhalf jaar als docent aan de PABO van de Hanzehogeschool in Groningen. Hiervoor was ik basisschoolleerkracht bij de kleutergroepen. Voornamelijk groep één en twee, maar ik heb ook groep vijf en groep acht gedaan. Ik vond diversiteit altijd een heel interessant thema. Niet in de laatste plaats omdat ikzelf ook tot de gemeenschap behoor.
Maar wat mij vooral interesseerde bij de PABO is dat je eigenlijk de volgende generatie aan het voorbereiden bent om met dit onderwerp om te gaan. Wat ik vanuit de PABO merk is dat de acceptatie bij mijn leerlingen erg groot is. Ze vinden het heel belangrijk dat iedereen zichzelf mag zijn. Maar hoe snij je deze onderwerpen aan en maak je ze bespreekbaar? Vooral als je zelf niet tot de gemeenschap behoort of er niet bekend mee bent.
In het derde jaar geef ik hier les in en is diversiteit een onderdeel van de module. Tevens heb ik in de Paarse week twee keer een gastcollege gegeven om leerlingen handvatten te geven om het onderwerp laagdrempelig bespreekbaar te kunnen maken. Dat college werd heel erg goed bezocht.
Als je kijkt naar het onderwijs, wat zou er dan volgens jou moeten veranderen op het gebied van de seksuele oriëntatie of gender diversiteit?
Wat nog steeds speelt is dat er inmiddels wel vrij goede seksuele voorlichting is, maar dat LHBTI eigenlijk maar heel kort wordt besproken. Dat vind ik persoonlijk heel jammer, en daarom is het voor studenten vaak best spannend om dit soort onderwerpen aan te snijden. Ik vind het eigenlijk vooral belangrijk om het een vanzelfsprekend thema te maken. Dat het een onderdeel is van de maatschappij die heel normaal is voor iedereen.
Het normaliseren dus eigenlijk van deze onderwerpen.
Precies. Dat je naast Jip en Janneke en Otje ook het boek Koning en Koning voorleest aan de klas. Toen ik in groep vijf les gaf had ik negentien jongens en twee meiden in de klas. Ik liet ze zeker één keer in de twee weken de korte film In a Heartbeat zien, naast alle filmpjes van Kinderen voor Kinderen. Het was voor mij een onderdeel van het lesprogramma. Het zorgt niet alleen voor acceptatie, maar ook voor normaliseren van de onderwerpen en daardoor begrip en erkenning.
Merk je nu ook bij leraren die van de PABO af komen, dat ze daar in hun loopbaan een vervolg aan geven? En wat nemen ze dan mee?
Dat was wel wat uit het college naar voren kwam. Maak het zo groot als je het zelf wilt. Je hoeft niet meteen overal een thema van te maken. Ik geef ze simpele tips die ze heel gemakkelijk kunnen toepassen.
Moesten de leerlingen redactiesommen (verhaaltjessommen) doen, dan probeerde ik hierin de diversiteit mee te nemen. Zo wordt het een onderdeel van een les. Mijn studenten nemen dit weer mee in hun loopbaan.
Merk je ook dat het voor basisscholen gemakkelijker is om mee te nemen dan bijvoorbeeld voor het voortgezet onderwijs?
Op de basisschool moeten leerlingen vaak nog een mening vormen. Bij het middelbaar onderwijs zie je dat leerlingen vaak hun mening al hebben gevormd en dat ze die ook durven te uiten. Ik besprak met de kleuters op een hele speelse manier diversiteit, zonder er gelijk die stempel op te plakken. Het zou voor mij echt een droom zijn als dit de hele basisschool periode zou worden aangestipt.
Ik ben er erg trots op dat we bij de PABO ook een GSA (Gender&Sexuality Alliance) hebben en twee van onze studenten hebben een koffer ontworpen met daarin lesideeën en leskaarten. Deze koffer kan met de studenten mee naar hun stage. Zo is het onderwerp heel toegankelijk gemaakt voor iedereen.
Is dit GSA vanuit de studenten opgezet?
Dat kwam eigenlijk vanuit het team. We hebben een heel divers team en wilden meer doen met dit onderwerp. Dit groeide uit in de Paarse week. Dat is de week voor de Paarse vrijdag. In deze week organiseren we allerlei activiteiten. Zo konden studenten ook anoniem vragen aan mij stellen over dit onderwerp.
Wat zou je nog willen bereiken?
Wat ik nog wel graag zou willen is dat het ook een onderdeel wordt van het curriculum. Dat ze het gemakkelijker toe kunnen passen in hun lessen en dat het stukje diversiteit, net als aardrijkskunde en geschiedenis, een onderdeel is van het standaard lespakket. Iedereen krijgt er vroeg of laat een keer mee te maken. Wat is er dan mooier dan dat leerlingen al jong hebben geleerd dat het normaal is.
Je bent goed op weg! Wat is het volgende dat je op het programma hebt staan?
Splinter Chabot is net langs geweest op school. En in maart begin ik met college voor de derdejaars, die zijn nu meer bezig op het pedagogische vlak, en met hen ga ik dieper in op dit onderwerp. Met de GSA zijn we heel erg bezig met nog een leuke activiteit om het onderwerp ook de rest van het jaar belangrijk te houden.