My gender identity is my choice. Een uitspraak die ik vaak online zie, en die ook wordt getoond op tektbordjes die worden meegedragen bij Pride-optochten. Je kunt T-shirts en hebbedingetjes kopen met deze slogan, maar ik vind het zeer de vraag of je jezelf als trans of non-binair mens daarmee een dienst bewijst.
Genderidentiteit is voor veel mensen een vaststaand gegeven. Ze zijn en voelen zichzelf man of vrouw, dat is van jongs af aan al zo, er is voor hen dan geen enkele aanleiding om te twijfelen aan hun man- of vrouw-zijn. Als ik dé gendervraag stel aan een man of vrouw, dan hoor ik doorgaans het verbaasde antwoord: ‘Genderidentiteit? Wat bedoel je Jacky, ik ben toch gewoon een man?’ Of vrouw natuurlijk.
Op een feestje verklaarde een broer ooit: ‘Onze Jacky heeft ervoor gekozen om een vrouw te zijn.’ Daar heb ik met broerlief naderhand een verhelderend gesprekje over gehad, want mijn genderidentiteit is natuurlijk geen keuze.
Laten we voor het gemak het begrip genderdysforie er nog eens bijpakken.
Genderdysforie betekent letterlijk: “Een duurzame onvrede met het toegewezen geboortegeslacht en de daarbij behorende fysieke kenmerken”. Genderdysfore mensen kunnen daar zoveel last van krijgen dat ze depressief worden, een laag zelfbeeld ontwikkelen, of leven in een doorlopende angst dat hun genderdysforie zal worden opgemerkt door anderen.
De neurologische wetenschap is al zover gevorderd, dat we weten dat als de ‘ventrale mediale prefrontale cortex (vmPFC)’ van een foetus wordt blootgesteld aan testosteron, het deel van de hersenen dat de bron is van ons zelfbewustzijn, zich ontwikkelt in de mannelijke richting. Het ongeboren kind krijgt daardoor dus een mannelijke geestelijke identiteit toegewezen. Als die testosteronpiek niet plaatsvindt, dan ontwikkelt het zelfbewustzijn van de foetus zich in een vrouwelijk richting. En die hersenontwikkeling vindt eerder plaats dan het vormen van de geslachtskenmerken van een foetus, die we vanaf de twintigste week van een zwangerschap kunnen vaststellen door een echoscopie.
Genderdysforie is niet eenduidig.
In de volksmond worden transgender personen nog vaak begrepen als: “mensen die geboren zijn in het verkeerde lichaam”. Een begrijpelijke maar wat vreemde voorstelling van zaken, want er bestaan geen verkeerde lichamen. Er kan tijdens de kinderjaren of later in het leven wel een toenemende duurzame onvrede ontstaan met bepaalde fysieke geslachtelijke kenmerken van dat lichaam. Maar de mate waarin, en de beleving van die onvrede kan enorm verschillen bij trans en non-binaire personen.
En dan is er ook nog de genderexpressie. Ons gedrag, uiterlijk en kleding, kortom hoe we onszelf presenteren aan de buitenwereld.
Jongens en meisjes die vanaf hun geboorte euforie (congruentie) ervaren met het hen toegewezen geboortegeslacht en de daarbij behorende fysieke kenmerken zullen zich doorgaans ontwikkelen, gedragen en kleden conform dat toegewezen geboortegeslacht. De genderexpressie ‘klopt’ voor hun gevoel op een vanzelfsprekende manier bij dat toegewezen geboortegeslacht en daar zal door die jongens of meisjes zelden of nooit over worden nagedacht.
Dat is bij trans en non-binaire mensen een ander verhaal.
Maar zoals gezegd, genderdysforie en de mate waarin dat wordt ervaren is niet eenduidig. Trans en non-binaire personen vormen een groep mensen die zich voornamelijk enorm divers voelen met betrekking tot de hun toegewezen geboortegeslachtskenmerken, en dat middels een genderexpressie op diverse manieren tot uiting brengen. Maar die genderexpressie geeft lang niet altijd uitsluitsel over iemands genderidentiteit. Met andere woorden, iemand die er bijvoorbeeld erg androgyn uitziet met blauw haar en prachtige oorbellen is een androgyne persoon met blauwe haren en prachtige oorbellen. De genderexpressie kan misschien een hint zijn richting de genderidentiteit van die persoon maar dat is allerminst zeker. Je kunt dus op basis van genderexpressie geen enkele aanname doen over de mate van genderdysforie bij trans en non-binaire mensen.
Genderdysforie kan dus op verschillende manieren tot uiting komen.
Voor sommige trans en non-binaire personen is een verandering van registratie in de BRP voldoende. Men heeft een andere naam gekozen en/of wil af van de oorspronkelijke geslachtsregistratie bij de geboorte. Anderen ondergaan daarnaast een gedeeltelijk aangepast medisch traject, waarbij soms hormoontherapie wordt ingezet of bepaalde corrigerende operatieve ingrepen worden toegepast. En weer anderen ondergaan een volledige transitie: persoonsgegevens, genderexpressie, en ook het lichaam worden dan volledig aangepast aan wie men ten diepste is. Die laatste categorie: ‘de transseksuele mensen’, ofwel de trans vrouwen en de trans mannen zijn, hoe vreemd dat ook mag klinken, een relatieve minderheid binnen de trans en non-binaire gemeenschap.
Genderdysforie is een breed begrip.
Je zou genderdysforie kunnen uitleggen als ‘geboren in het verkeerde lichaam’, maar dan ga je voorbij aan de enorme diverse beleving van het ervaren van incongruentie met wie je geacht wordt te zijn volgens toegewezen geboortegeslachtskenmerken.
Genderidentiteit is dus géén keuze. Het is een gegeven.
Je genderexpressie, uiterlijk, gedrag en algehele presentatie is natuurlijk wél een keuze. En gelukkig hebben we allemaal de keuzevrijheid om van dag tot dag te kiezen welke kleding we aantrekken, welk haarkapsel we leuk vinden en hoe we onszelf gedragen en presenteren. Kortom, bij welke genderexpressie we onszelf het meest prettig voelen.
Maar die genderpresentatiekeuze is natuurlijk een ander topic.
*
Jacky van Tongeren identificeert zich als vrouw met een transseksueel verleden. Ze heeft de volledige transitie doorlopen, en is inmiddels dus ook legaal ‘mevrouw’. Haar seksuele oriëntatie is panseksueel: ze valt op personen en niet op lichaamsdelen. Jacky is een multi-instrumentalist. Ze schrijft muziek, arrangeert en is sessiemuzikante.