Er is sprake van stagnatie bij de acceptatie en mensenrechten van LHBTI-personen in Nederland. Dat blijkt uit onderzoeken van het SCPen ILGA-Europe die verschijnen in het kader van de internationale dag tegen homo-, bi, trans- en intersekse fobie (IDAHOBIT) op dinsdag 17 mei. Het COC maakt zich grote zorgen en roept scholen en politici op tot actie.
Tekst: Persbericht COC Nederland
‘Dit is een zorgelijke ontwikkeling,’ aldus COC-voorzitter Astrid Oosenbrug. ‘Jarenlang liepen de acceptatiegrafieken omhoog, nu stageneren ze of buigen ze zelfs naar beneden af. Ik roep scholen en politici op om in actie te komen. We mogen het niet laten gebeuren dat we afglijden en er een terugslag komt bij de emancipatie van LHBTI personen in Nederland.’
Uit het nieuwe SCP-onderzoek blijkt dat het deel van de Nederlandse bevolking dat positief staat tegenover homo- en biseksualiteit sinds 2017 iets afnam, van 78 naar 76 procent. Daar gingen jaren van toenemende acceptatie aan vooraf. Overigens doet Nederland het qua acceptatie nog wel goed in vergelijking met andere Europese landen.
Het percentage van de Nederlandse bevolking dat negatief staat tegenover transgender personen nam sinds 2018 iets toe, van 8 naar 9 procent, terwijl er geen duidelijke toename is van mensen die positief staan tegenover genderdiversiteit.
Het COC wijst ook op vele recente gevallen van discriminerend geweld. Zo werd de 23-jarige Lorain op Koningsdag in Rotterdam in elkaar geslagen omdat de daders dachten dat ze een man was. Er worden steeds weer regenboogvlaggen en andere symbolen van de regenbooggemeenschap vernield. Ook nam bij het Openbaar Ministerie het aantal strafbare feiten met LHBTI-discriminatie als achtergrond flink toe, van 89 in 2020 naar 140 gevallen in 2021.
Op 12 mei bleek uit de Rainbow Europe Index dat Nederland blijft steken op de dertiende plaats in Europa van landen die LHBTI-mensenrechten goed regelen. Nederland stond in 2012 nog op de zesde plek. ‘Het is treurig dat ons land, dat ooit voorop liep in de wereld, is afgezakt naar de Europese middenmoot’, aldus COC-voorzitter Astrid Oosenbrug, die terug wil naar de kopgroep.
Emancipatie begint op school
Het COC roept scholen en docentenacademies op om meer en betere aandacht aan acceptatie te besteden, want emancipatie begint op school. De wijze waarop scholen nu met dit onderwerp omgaan laat nog veel te wensen over. Ongeveer één op de acht scholen besteedt er helemaal geen aandacht aan en sommige scholen wijzen LHBTI personen zelfs af.
Ook wil de belangenorganisatie dat de regering haast maakt met de uitvoering van COC’s Regenboog Stembusakkoord. In een brief aan minister Yeşilgöz roept het COC op tot maatregelen tegen discriminerend geweld, en meer aandacht voor intersectionele discriminatie op grond van bijvoorbeeld genderidentiteit en huidskleur. Samen met TNN en NNID pleit het COC voor de mogelijkheid van een X in het paspoort (i.p.v. een ‘m’ of ‘v’), voor transitieverlof en voor een verbod op niet medisch noodzakelijke behandelingen van intersekse personen zonder hun expliciete toestemming.
Kanarie in de kolenmijn
Als mogelijke oorzaak van de stagnatie van LHBTI emancipatie in Nederland noemt COC-voorzitter Oosenbrug de spanning in de samenleving door het coronavirus en andere actuele ontwikkelingen. ‘De regenbooggemeenschap is de kanarie in de kolenmijn. Als een samenleving onder druk staat, komen de LHBTI mensen en andere minderheden als eerste in de knel. Dat mogen we niet laten gebeuren,’ aldus Oosenbrug.
Het SCP heeft aangekondigd binnenkort te stoppen met de periodieke onderzoeken naar LHBTI-emancipatie in Nederland. Het COC vindt de onderzoeken essentieel en roept het ministerie van OCW op om te zorgen voor een vervolg op het SCP onderzoek. Daarin zou er extra aandacht moeten zijn voor bi+ en intersekse personen en voor intersectionele discriminatie.
*