Op 2 april jongstleden ging in het DeLaMar West de voorstelling Queen of Disco in première. Volgens eigen zeggen ‘een muziektheatervoorstelling over de onweerstaanbare opkomst, de tragische ondergang en de onvermijdbare wedergeboorte van de disco music, belichaamd door het leven van disco icoon en flamboyante LGBTQ-activist SYLVESTER. Zijn verhaal is het verhaal van een culturele revolutie op het vlak van intersectionele identiteit, de black lives matters emancipatie en queer activisme, die onze wereld voorgoed heeft veranderd.’
Tekst: Jules Opstap
Queen of Disco, a mighty real story van Right About Now Inc. werd een voorstelling met publieksparticipatie; van joelen en dansen op de tribune tot meeswingen op de speelvloer. En het werd een roerige avond.
Niet in de laatste plaats omdat de voorstelling halverwege stilgelegd moest worden omdat iemand uit het publiek onverwacht de vloer op sprong om allerlei warrige leuzen te roepen. In de ontstane deining duurde het ook even voordat de man die al vanaf het begin van de voorstelling vanuit de zaal verwarde leuzen had zitten schreeuwen, de zaal uit begeleid kon worden. Je zult er als performers maar mee geconfronteerd worden, en al helemaal op de première.
Nu gebiedt de eerlijkheid me te zeggen dat de voorstelling tot dat moment wel enige moeite had om over het voetlicht heen te komen. En, net op het moment dat de voorstelling eindelijk op stoom kwam en in theatrale zin interessant begon te worden, brak dus het moment aan dat de schreeuwlelijk van de toneelvloer gehaald moest worden.
Acteur Urvin Monte, in de gedaante van Disco Queen Sylvester, herpakte zich daarna meteen en hernam met verve zijn onderbroken song. Hij wist daarmee niet alleen de aandacht van het publiek terug te krijgen, hij gaf de voorstelling met zijn vlammende reprise ook een stoot energie mee. De tribune schudde vervaarlijk toen het publiek, door hem opgezweept, meedanste en meedeinde. Dat was met recht een theatraal hoogtepunt. Hulde.
Een bijkomstigheid was wel dat Monte met zijn reddende ingreep meteen ook de makke van deze productie blootlegde. Door in zijn spel zijn personage alle ruimte te gunnen stelde hij de focus van de voorstelling scherp. Hoog tijd, want Queen of Disco had zich tot dusver vooral mentaal gemanifesteerd. Monte paste als performer ‘show, don’t tell’ toe.
Nu lijkt het erop dat de creatives dat adagium in het maakproces uit het oog verloren hebben. Niet alleen op het vlak van dramaturgie en regie, maar ook op het gebied van vormgeving. Er is niets mis met een sober decor, maar hoe soberder de vorm, hoe scherper de functionaliteit ervan dient te zijn. En het is ook prima om oude videobeelden in te zetten om het verhaal van een context te voorzien; maar als de onscherpe vhs-beelden op een klein scherm in een krappe decorstellage geprojecteerd worden zuigt dat de aandacht van het publiek op. En dan gaat die aandacht weg van wat er zich op de vloer afspeelt.
Ook het lichtplan en de performers bleken niet op elkaar afgestemd. Door de openingsscène half buiten het licht te laten plaatsvinden was het lastig om te zien wie er aan het woord was. Overigens gebeurde het vaker dat de performers slechts gedeeltelijk in de te krappe belichting stonden. Dan helpt het ook niet als je zangers en spelers continue zonder heldere overgangen van rol laat wisselen. Tel daarbij op dat er een barrage van feiten en feitjes in hoog tempo op je afgevuurd wordt, hier en daar gelardeerd met korte muzieksamples, dan krijgt je brein wel heel veel te verduren.
De vormgeving deed in de verte denken aan de Wooster Group die midden jaren tachtig danige opschudding veroorzaakte in het Nederlandse theaterlandschap: summier decor met twee microfoons aan weerszijden van het podium. Nu kan dat tot bruisend theater leiden, als er tenminste een heldere visie aan ten grondslag ligt.
Ontbreekt het de makers van Queen of Disco dan aan visie? Nee, op inhoudelijk vlak zeker niet. Maar met name op het gebied van dramaturgie, vormgeving en regie zijn er helaas te weinig heldere theatrale keuzes gemaakt.
Om aan de hand van disco de grote invloed van black culture in de westerse kunst- en met name de muziekgeschiedenis uit te lichten is evident interessant en ook nodig en belangrijk. Daarover geen discussie. Maar om dan ook nog de worsteling met seksuele identiteiten, de desastreuze invloeden en gevolgen van aids in met name de black gay community, en de politiek maatschappelijke ontwikkelingen die de tweedeling in Amerikaanse maatschappij in een versnelling brachten als rode draden in de voorstelling te verweven, is bijna als schieten met hagel op een olifant. En dan heb ik het nog niet over de persoonlijke lotgevallen van Sylvester James, noch over zijn invloed als artiest, Queer Icon en LHBTQ-activist.
Door haar voornamelijk opsommende karakter schoot Queen of Disco aan haar doel voorbij. Frustrerend. Temeer omdat èlk opgesomd feit op zijn minst al een eigen scène waardig was. En het materiaal dat voorbijkwam in deze voorstelling is rijk genoeg om er een razend boeiende tv-serie met diverse seizoenen van te maken. Het is ondoenlijk om dat allemaal in een voorstelling van zo’n anderhalf uur te comprimeren. Behalve dan als je deze materie in een collegevorm opvoert. En dat is ook de keuze die gemaakt is. Maar ja, een college is nog geen muziektheater.
De noodzaak die onder Right About Now’s productie van Queen of Disco ligt is voelbaar. Echter; in de onafgebroken barrage van verwijzingen waarin hoofd- en bijzaken over en door elkaar heen buitelden, werd het lastig om verbinding met personages te kunnen maken. Gevolg van de gekozen cerebrale insteek was dat de kern van Queen of Disco pas in tweede of zelfs derde instantie kon raken.
Was dit een workshopvoorstelling geweest dan was het een nuttige. Dat had de creatives de kans gegeven om pas op de plaats te maken, even afstand te nemen en dan terug naar de schrijftafel en het repetitielokaal te gaan om keuzes te maken, te schaven en bij te vijlen. En om meer ruimte maken voor spelscènes. In de summiere ruimte die de performers daar in de voorstelling nu voor kregen, lieten ze zien dat goed aan te kunnen.
Maar door de litanie van feiten en feitelijkheden verhulden de vele bomen het spreekwoordelijke bos. Ook al werd de zaal in met name het tweede deel van de voorstelling door muziek opgezweept; de voorstelling an sich bleef een mentale exercitie. En dat is jammer, want de premisse van de voorstelling is wel degelijk een belangwekkende. Het bleef nu echter hangen bij een voorstelling op zoek naar haar theatrale identiteit.
*
Queen of Disco
Right About Now Inc.
Gezien 2 april 2022
DeLaMar West, Amsterdam
*