Eigenlijk had ik altijd al dat ik me niet honderd procent een meisje voelde. Ik dacht vroeger dat ik een tomboy was of dat mijn kledingstijl gewoon anders was dan die van andere meisjes. Dat blijkt dus niet het geval te zijn, want ik ben namelijk non-binair. Genderqueer om precies te zijn.
Het duurde voor mij echt een tijdje om uit te vogelen wat er met mij aan de hand was, want ik wist al een tijdje ongeveer wat non-binair zijn betekende voordat het echt tot me doordrong dat ik zelf non-binair ben.
Rond mijn dertiende of veertiende jaar las ik de term voor het eerst. Dat was ook de tijd waarin ik over mijn seksualiteit aan het twijfelen was en ik me wat meer in de LHBTI+ community online begon te bevinden. Ik wist natuurlijk niet wat het was in het begin, dus ik had het opgezocht. Mijn reactie op de definitie was: “Oh! Dat is cool, maar dat ben ik niet, toch?” Nadat ik tot die conclusie was gekomen, had het idee me twee jaar lang volkomen verlaten, terwijl ik nog steeds rondliep met dysforie.
Ik wist toen niet dat het dysforie was. Ik vond mezelf gewoon niet mooi, dacht ik. Ik vergeleek mezelf constant met meisjes om me heen en ik haatte alles aan mijn lichaam. Ik had vooral moeite met mijn borst- en schaamgedeelte, wat dus top- en bottomdysforie bleek te zijn. Het kwam tot een punt waarbij ik mezelf gewoon niet in de spiegel kon zien en dat ik nooit volledig naakt was naast het douchen. Ik droeg op elk moment van de dag minstens twee lagen, ook in bed. Ik dacht er ook aan om in het donker te gaan douchen zodat ik mezelf niet naakt hoefde te zien, maar ik ben nachtblind en ik was een beetje bang in het donker, dus dat was geen goed plan.
Ook heb ik nu nog steeds een disconnect met mijn lichaam. Ik kan mezelf wel in de spiegel zien, maar wat ik in de spiegel zie, ben ik niet naar mijn gevoel. Het is een ander lichaam, een mooi lichaam, maar niet het mijne. In mijn gedachten zie ik er heel anders uit dan in het echt en daar zit ik wel mee. Zeker ook met het gegeven dat mensen mij altijd anders zullen zien dan hoe ik mezelf zie, en dat zij altijd andere ideeën over mij zullen hebben.
Deze disconnect is nu op een punt waarbij ik me volledig heb afgesloten van ‘mijn’ lichaam. Ik voel me als een brein of een bewustzijn dat een lichaam bestuurt, ze zitten niet aan elkaar verbonden. Ik ben ik, vast in een lichaam dat niet van mij is. Ik probeer er het beste van te maken en ik doe mijn best om dit lichaam zo veel mogelijk op het idee in mijn hoofd te laten lijken, maar dat gaat nooit honderd procent accuraat worden en daar moet ik maar mee leven.
Voor mezelf ben al sinds juli 2020 uit de kast als non-binair. Mijn definitie en pronouns zijn in het afgelopen jaar veranderd. Ik begon met she/they voor een week of twee en ik was al snel overgegaan op they/them, want ik dacht dat vrouwelijke pronouns alleen comfortabel voor me waren omdat ik ze de hele tijd moest gebruiken. Ik was gewoon gewend aan ze. En ik had gelijk: ik voelde me zo veel meer op mijn gemak met strikt they/them als pronouns en die heb ik ook voor tachtig procent van de tijd gehouden en gebruikt.
Maar sinds kort ben ik weer aan het twijfelen over mijn pronouns en nu denk ik meer aan de mannelijke pronouns. In het begin vond ik he/him helemaal niks. Ik wilde absoluut niet gezien worden als een jongen. Dat is nu veranderd: mijn huidige pronouns zijn alle pronouns met voorkeur van genderneutrale en mannelijkere pronouns (inclusief neopronouns, want die zijn namelijk ook valide) en daar ben ik aardig comfortabel mee.
Ik heb wel gehad dat sinds ik alle pronouns gebruik dat ik meer ‘zij’ en ‘haar’ wordt genoemd omdat het voor die persoon makkelijker is om me zo te noemen omdat ze me zo nog steeds zien. Ik heb aan die mensen duidelijk gemaakt dat ik nog steeds voorkeuren heb en dat het niet gaat om wat makkelijker voor hen is, maar waar ik me het fijnst bij voel. Ze hebben het sindsdien alleen maar goed gedaan gelukkig, dus daar ben ik heel blij om.
Zoals ik al zei, er zijn een paar mensen die af weten van mijn identiteit en dat zijn eigenlijk alleen mijn vrienden. School weet het niet, werk niet en familie al helemaal niet. Ik zit in een lastige thuissituatie, dus het is voor mij niet veilig om uit de kast te komen. Mijn baas heeft contact met mijn moeder, dus het lijkt me ook geen goed plan om daar uit de kast te komen. Plus ik heb er helemaal geen behoefte aan dat mijn collega’s dat van mij weten. Ik ben uiteindelijk wel van plan om uit de kast te komen op school, want een aantal mensen weet het daar toch al. Het boeit me niet zo als kinderen op school er iets van zeggen, want hun mening over mij doet er toch niet toe, ik ken ze niet eens. Het heeft allemaal geen haast voor mij, want ik heb andere prioriteiten.
Ik heb mezelf veel meer kunnen vinden en ik ben nu zo veel meer op mijn gemak dan dat ik 3 jaar geleden was. En natuurlijk ben ik nog lang niet klaar met mezelf vinden op het gebied van gender maar ook wat betreft seksualiteit, mijn stijl en met zo veel meer dingen. Ik ben pas zeventien jaar, dus ik heb nog alle tijd om alles uit te zoeken. Voor nu ben ik even tevreden met wie ik ben.
Dankjewel voor het lezen van mijn verhaal en mijn ervaringen. Ik waardeer het heel erg dat ik mijn verhaal mocht doen en ik hoop dat ik op zijn minst één persoon heb kunnen helpen. Je bent valide, onthoud dat.
*
Dit artikel is eerder verschenen op GayRotterdam
*
Ivana Rosman is zeventien jaar, non-binair en queer. Hen woont in Rotterdam, doet VWO en werkt achter de bar in een klein en lokaal restaurant. Ivana gebruikt alle voornaamwoorden (pronouns), inclusief neo-pronouns dus het maakt haar/hem/hen niet uit hoe zij/hij/hen aangesproken wordt. Ivana valt op ieder geslacht, maar de labels bi, pan of omni pasten niet zo goed, dus koos hen de label queer. Vroeger wilde Ivana astronaut worden, nu wil hen graag iets met schrijven gaan doen.
*
2 thoughts on “Ivana: ‘Ik ben genderqueer om precies te zijn’”