Onbischoft

Het is alweer een jaar geleden dat ik voor Gaykrant begon te werken. Mooie interviews mogen doen, columns mogen schrijven, veel leren, ups and downs in LHBTI-land volgen: het hoort er allemaal bij. En nu, aan het einde van het jaar mijn bijdragen teruglezend, zie ik dat ik eigenlijk nergens echt diep ingegaan ben op mijn biseksualiteit.

Waarschijnlijk omdat ik mijn biseksualiteit stiekem helemaal niet zo interessant vind. Ik ben al jaren samen met mijn vrouw, en ben daar heel gelukkig mee. Was het een man geweest, was ik waarschijnlijk net zo gelukkig geweest, alleen zou dat hoogstwaarschijnlijk niet voor zoveel mensen een issue zijn geweest.

Om maar bij het begin te beginnen: van huis uit kregen mijn broer, zus en ik alle ruimte om ons te ontwikkelen. We kregen allemaal dezelfde boodschap: ‘Word gelukkig. Maakt niet uit met wie.’ En natuurlijk hadden mijn ouders wel eens bedenkingen bij een aantal van mijn ex-vriendjes, maar het sierde ze dat ze daar nooit tijdens de relaties wat van hebben gezegd. Dat kwam pas als het uitging.

Toen ik mijn vrouw leerde kennen en stapelverliefd werd, vond ik het ook niet vreemd om dit aan mijn ouders te vertellen. Ik heb daarin van hun kant nooit enige terughoudendheid vernomen. Wel was de wens om opa en oma te worden groot, en was die hoop (een beetje) op mij gevestigd. Ook omdat mijn broer en zus beiden geen kinderen hebben. Het was dan ook een enorme verrassing voor mijn ouders dat ze uiteindelijk opa en oma werden van een supertrio. Van die kant dus nooit één rare reactie gehad, overigens ook niet van de rest van de familie.

Tot ik de wijde wereld introk. Toen kwam er toch wel veel los waar je van tevoren eigenlijk nooit zo bij stil hebt gestaan. Ik was toch gelukkig? Hoe kon een ander daar dan iets van vinden? Niet dat ik verzuurd ben door de rare opmerkingen – verre van – maar ik verbaas me er wel vaak over. Nog steeds.

Waar ik me vooral over verbaas, is het feit dat mensen bij het woord biseksualiteit opeens geen grenzen meer lijken te hebben. De vraag of ik ‘het’ dan met mannen en vrouwen doe, is er één die regelmatig langskomt. De eerste keer dat me zoiets werd gevraagd, was ik er zo verbaasd over dat ik niet eens meer weet hoe ik heb gereageerd. Tegenwoordig ben ik mondiger en kaats het vaak terug, beetje afhankelijk van mijn gemoedstoestand of dit vriendelijk of enigszins bitchy is.

De vraag die ook vaak wordt gesteld, is de vraag hoe wij aan kinderen komen. Als ik dan antwoord dat marktplaats gewillig is en dat je alleen de kanalen moet kennen, kijkt de vragensteller meestal vrij schaapachtig.
Overigens, als mensen echt willen weten hoe het zit zijn we hier heel open over hoor, maar die oprechte interesse is er vaak niet. En soms is er oprechtheid die gewoon beroerd de mond uitkomt. Dan krijg ik na vakkundig geplaatste sneer een excuus en kan ik alsnog uitleg geven.

Bij LHBTI+lezingen of bijeenkomsten die ik geef of bijwoon, merk ik dat seks en seksualiteit vaak verward worden. Veel LHBTI+ers zullen dit vermoedelijk wel herkennen. Bij de riedel: ‘Homoseksuele mannen doen het met andere mannen, lesbische vrouwen doen het met andere vrouwen, en biseksuele mensen doen het met ‘iedereen’,’ beginnen de aanwezigen al wat ongemakkelijk te knikken. En wanneer ik ze vertel dat ik echt niet hele dagen met een torenhoog libido rondloop om ‘het’ maar met iedereen te moeten doen, verschijnen er dan toch met enige regelmaat wat rode wangen bij de toehoorders. Als ik het verschil uitleg dat we het nu hebben over seks en niet over seksualiteit, dat seks een keuze is en seksualiteit niet, wordt dit eigenlijk meteen beaamd.

Wat ook met regelmaat wordt benoemd, is dat ik een ‘hebbert’ ben en van twee walletjes eet. Ook is ’trouw zijn’ bij biseksualiteit voor velen iets wat niet samengaat. Dat ik al eenentwintig jaar samen ben met mijn vrouw, maakt mij bij velen een lesbienne. Mensen die dat zeggen, kennen me niet goed genoeg, en dat laat ik ook graag zo.

En dan heb je ook nog de standaardvraag, meestal van cis-heteromannen: ‘Oh jouw vrouw is ook bi, dan mag ik vast wel een keer tussen jullie in komen liggen.’

Een niet-standaard heteronormatieve relatie blijft vragen – en impertinentie – oproepen. Nu ben ikzelf ook nieuwsgierig aangelegd, en stel ook ik vragen aan mensen die ‘anders’ zijn. Maar naast de boodschap van ‘word gelukkig’, kregen mijn broer, zus en ik van huis uit nog een andere boodschap mee:

‘Kind, er is een groot verschil tussen interesse en onbeschoftheid.’

*

Floor Brands (Rolde, 1979) is woonachtig in Bedum, samen met haar vrouw en drie kinderen. Met een enthousiaste groep mensen om zich heen zet zij zich in voor de verborgen LHBT+ers. Voornamelijk in haar buurt, maar ook daarbuiten. Zij draagt als ‘B’ uit het LHBT+regenboogpalet haar steentje bij aan Gaykrant.

•••

Adverteren op Gaykrant en daarmee onafhankelijke journalistiek met een regenboograndje mogelijk maken?

Klik hier voor meer informatie!

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.