Nog tot en met 10 oktober is bij het stadsarchief van Amsterdam de tentoonstelling ‘Amsterdam Regenboogstad – 25 jaar Pride’ te zien. De historische documenten die je bij een archief zou verwachten zijn echter niet ter plekke, maar alleen online te zien – een gemiste kans.
Tekst en foto’s: Peter Koop
Dit jaar bestond Pride Amsterdam 25 jaar, wat door de coronacrisis echter nauwelijks gevierd kon worden. Er was geen botenparade en er waren geen straatfeesten, maar wel was er weer een Pride Walk en vonden er een aantal kleinere activiteiten plaats. Een daarvan is een tentoonstelling die sinds 9 juli te zien is in het Amsterdamse stadsarchief.
De tentoonstelling bevindt zich in de grote centrale hal van het monumentale gebouw De Bazel aan de Vijzelstraat en is gratis en zonder reserveren toegankelijk. Wie denkt hier archiefstukken te kunnen zien komt echter bedrogen uit. De tentoonstelling bestaat namelijk uit een enorme stellage in de kleuren van de regenboogvlag waarin 12 personen centraal staan die elk een onderdeel van de Pride vertegenwoordigen.
Onder hen zijn bijvoorbeeld Siep de Haan als de eerste organisator van het evenement, Irene Hemelaar van de Lesbian Pride, Victoria False voor de roze ouderen, Wielie Elhorst voor Religie & Pride en Naomie Pieter van de Black Pride. Zij komen zelf kort aan het woord op een videoscherm dat omringd wordt door borden met quotes en enkele foto’s van hun activiteiten rondom de Pride.
Hoewel het zonder meer erg mooi is vormgegeven, is wel een beetje de vraag wat de meerwaarde van deze tentoonstelling is. De 12 personen zijn relatief bekend en hebben hun verhaal al bij vele eerdere gelegenheden verteld, hetzij als ambassadeurs van de Pride of als betrokkene bij de organisatie. Ook de bijbehorende tijdlijn is zeer summier en vermeldt vrijwel alleen hoogtepunten zoals wanneer welke boot voor het eerst met de parade meevoer.
Alszodanig is de tentoonstelling een laagdrempelige kennismaking met de verschillende facetten van de Amsterdamse Pride, maar van het stadsarchief had wat meer objectiviteit en diepgang verwacht mogen worden – en die wordt ook wel geboden, maar alleen op een nieuwe website getiteld Amsterdam Regenboogstad. Daar vinden we inderdaad een reeks interessante archiefstukken, die kennelijk echter niet aantrekkelijk genoeg werden bevonden om bij deze gelegenheid tentoon te stellen.
Themawebsite Amsterdam Regenboogstad
Op deze themawebsite staan ongeveer 30 documenten die met bijbehorende uitleg een beeld geven van seksuele diversiteit in Amsterdam in de afgelopen 400 jaar. Het jongste document is een exemplaar van de toen nog papieren Gay Krant uit april 2001 dat grotendeels in het teken stond van de eerste huwelijken voor paren van gelijk geslacht die op 1 april van dat jaar door burgemeester Job Cohen waren voltrokken.
Voorts wordt aan de hand van meerdere archiefstukken het Amsterdamse homo-uitgaansleven besproken, al is het stuk over de iT nogal mager en doet het voorkomen alsof Manfred Langer een manager was die er bijna toevallig een succes van maakte. De eerdere homodiscotheek DOK wordt zelfs helemaal niet genoemd, wellicht omdat het stadsarchief daar simpelweg geen documenten van heeft. Men zal dus in het achterhoofd moeten houden dat de website geen volledigheid nastreeft (zie voor een vrijwel compleet overzicht de website Homohoreca.amsterdam).
Interessant is een van de eerste edities van de Gay Map, namelijk die uit 1978 – bij uitstek een document dat zich had geleend om op groot formaat uit te printen om te laten zien hoe uitgebreid de homohoreca toen al was. Gelukkig is er op de site van het stadsarchief wel een scan in hoge resolutie beschikbaar. Opvallend is dat uit een advertentie van de Jamaica Inn op de website alleen het eerste deel (“the oldest gay bar in Holland“) van de tekst geciteerd wordt en het tweede deel (“with the youngest public“) is weggelaten. Vond men dat laatste naar huidige maatstaven ongepast?
Een vrij storend anachronisme is dat de auteurs van de website bij een historische beschrijving meermalen de moderne verzamelterm “lhbtiq” gebruiken, zoals bijvoorbeeld “uitgaansleven voor lhbtiqa+-personen” of dat de Gay Games van 1998 het “grootste lhbtiq+-evenement ooit in Nederland” genoemd wordt, terwijl men het destijds aanduidde als “the biggest Gay and Lesbian Event of the Century“. In plaats van moderne termen en categoriën te hanteren kan de historische situatie beter zo feitelijk mogelijk beschreven worden.
Ook op die manier kan namelijk voldoende seksuele en genderdiversiteit naar voren komen, zoals bij enkele inschrijvingen in het Bevolkingsregister waaruit blijkt dat ene Frederika Engelina Jeltsema al in 1906 bij gerechtelijk vonnis werd toegestaan om zich voortaan Frederik Engel Jeltsema te noemen. Bij deze persoon was het bij de geboorte onduidelijk of het om een jongetje of meisje ging, wat tegenwoordig iemand met een intersekse conditie wordt genoemd.
Het oudste archiefstuk dat op de website wordt besproken is de ondertrouwakte van Willem Adriaens en Hilletje Jans uit 1632. Al vrij snel na dit huwelijk bleek echter dat Willem Adriaens geen man was, maar een vrouw die oorspronkelijk Barbara Adriaens heette en die op haar achttiende de naam Willem had aangenomen om dienst te kunnen nemen als soldaat, iets dat destijds wel vaker voorkwam. Ging het hier om iemand die we tegenwoordig transgender zouden noemen?
Al met al biedt de website Amsterdam Regenboogstad een keur aan interessante en fascinerende historische verhalen en is het een gemiste kans dat de bijbehorende archiefstukken niet gewoon ter plekke te zien waren.
*