Henk Molenberg: Wat zien ik!?… STOF!

Welke naoorlogse jongere is er – tot 1990 ongeveer – niet groot geworden met Henk Molenberg? In de jaren zestig in de kinderseries Liwang Wang Tsjong, De Rare Chinees, en in Flip de Tovenaarsleerling. In de jaren zeventig speelde hij in Kunt u ons de weg naar Hamelen vertellen meneer? en in Pommetje Horlepiep, als Baron Theobald.

Maar Henk Molenberg (1924 – 1998) was van huis uit een theateracteur. Na de oorlog vertrok hij naar Parijs om daar te studeren aan de Académie des Beaux Arts. Af en toe kwam hij terug naar Nederland om een gastrolletje te spelen. In 1955 vestigde de in Groningen geboren Henk zich in Amsterdam. Hij had het financieel niet breed, maar kreeg iedere week vijf gulden van zijn ouders uit Groningen opgestuurd om in Amsterdam een biefstukje te kopen voor zichzelf. Hij kocht bij de paardenslager een biefstuk en liep ermee naar het huis van de moeder van zijn collega Willy Zuidema, die de biefstuk in de roomboter voor hem bakte.

In Amsterdam begon hij te spelen hij bij het gezelschap van Johan Kaart en bij het Amstel Toneel van Rini Blaaser. Bij het gezelschap van Johan Kaart speelde hij de hoofdrol in het blijspel Troeleke. Voor Henk was dit een hoogtepunt in zijn carrière en hij voelde zich de ster van de avond waardoor hij wat hoogmoedig werd. Zo stonden op de affiches de namen van de twee leiders van het gezelschap – Johan Kaart en Johan Boskamp – in het groot afgedrukt en daaronder in iets kleiner formaat de namen van de andere leden van het gezelschap. Henk vond dat zijn naam, nu hij de hoofdrol speelde, groter op het affiche vermeld moest worden, en vertelde dit tegen Johan Kaart.

‘Nou, dat is goed,’ zei Kaart, ‘Als ik zeker weet dat er iedere avond tien mensen meer komen kijken, zet ik jouw naam groter op het affiche.’

Vanaf 1961 ging hij bij diverse toneelgezelschappen werken. Eerst bij Toneelgroep Studio, later bij Ensemble en Globe, waar hij zowel in serieuze stukken speelde als in blijspelen.

In 1972 vond hij dat hij zich niet meer moest binden aan een gezelschap en besloot hij de vrije sector in te gaan. Hij zag wel wat er op zijn pad kwam. Dat was een grote stap: van een vast inkomen bij een vast toneelgezelschap, naar…. wie weet welke producent je nu weer wilt gaan boeken?

Nu was Henk al veel op de televisie te zien in tv-stukken en in panels, dus deze gok durfde hij wel te wagen. En het werd een succes. Daarnaast heeft hij tot 1983 aan het toneel gewerkt.

Zijn laatste rol speelde hij in het seizoen 1982-83 in De Jantjes. Daar vertolkte hij de rol van De Mop. Als tegenspeelster had hij de destijds Grande Dame van het Nederlands toneel Ank van der Moer, die de rol van zijn eega Na Druppel speelde. Van der Moer was een actrice waar Henk tegenop keek. Voor beiden werd het een heerlijk seizoen. Henk – die graag kookte – verwende Ank met lekkere hapjes en nodigde haar bij hem thuis uit om te eten. Tussen de twee acteurs ontstond een hechte vriendschap.

Tot op de dag dat er tv-opnames waren van deze musical en ze in het kantoor van de familie Nooy zaten te wachten tot de bus zou komen die hen naar de studio zou brengen. Toen deze voor kwam rijden, stond iedereen op, behalve Ank. Zij zat dood in haar stoel. Henk was enorm van slag en wilde niet meer werken. Maar De Jantjes moesten toch op beeld opgenomen worden. Hij zette zijn verdriet opzij en speelde nog één keer de Mop, maar nu met Josephine van Gasteren als vervangster van Ank. Daarna heeft Henk niet meer op het toneel willen staan.

Voor radio en televisie bleef hij echter werken, en hij had een rubriek in het weekblad Story. Henk was één van de eersten die een eigen kookprogramma kregen op televisie, in het programma Studio Vrij. En hij bracht enkele kookboeken uit, waaronder één samen met Ina van Faassen. Hij won ook enkele culinaire prijzen waaronder de Slijters Wijnring.

Vele jaren speelde Henk samen met zijn grote vriendin Sylvia de Leur. Op televisie in onder andere De vloek van de Woestewolf, in Pommetje Horlepiep en samen in De Show van Henk en Syl.  Ook in het theater werkten ze samen: in de musical He Kijk mij nou, en bij het Amsterdams Volkstoneel in Uitkomst. En natuurlijk samen in de film: Wat zien ik!?, de door Paul Verhoeven verfilmde roman van Albert Mol.

In het liefdesleven was Henk tot op latere leeftijd niet erg gelukkig. Hoewel hij op mannen viel, wilde hij dat niet laten blijken. Hij zei regelmatig: ‘Ik wil geen Albert Mol worden.’ Maar toch nam hij een rolletje aan in de film Wat zien ik, alwaar hij geheel naakt, als een juffertje, met een mutsje op en een schortje om riep: ‘Wat zien ik? … Stof!’

De laatste jaren van zijn leven hoefde Henk niet meer te werken. Hij had veel geld geërfd van oudtantes. Hij had een jongere vriend met wie hij een appartement in Antwerpen betrok, waar ze samen nog enkele jaren gelukkig geleefd hebben.

Daar overleed Henk in 1998 aan een hartaanval op 74-jarige leeftijd.

•••

Adverteren op Gaykrant en daarmee onafhankelijke journalistiek met een regenboograndje mogelijk maken?

Klik hier voor meer informatie!

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.