Na bijna een jaar elke maand “op de thee” te zijn geweest bij onze “derde persoon”, was het dan uiteindelijk raak! Voor de lezers die de column: “donorperikelen” niet gelezen hebben; mijn ex en ik probeerden jaren geleden zwanger te worden en hadden na een uitgebreide zoektocht en geschikte donor gevonden.
Ik geloofde de zwangerschapstest niet die mij met één streepje vertelde dat mijn ex zwanger was. Waarom zou één zo’n lullig streepje kunnen zeggen dat er een groot wonder aan zat te komen. Ik ben iemand van de feiten, maar dit gegeven wilde er bij mij niet in. “Misschien moeten we de test nog een keer uitvoeren”, zei ik in ongeloof, waarop mijn ex geduldig een tweede test kocht in de winkel en nogmaals in het potje plaste.
De tweede strip zei me precies hetzelfde en ik kon niet anders dan langzaam aan het idee wennen dat er toch echt een kleintje op komst was. Ach, ik had er negen maanden de tijd voor.
Voordat we aan een gezin zouden beginnen, wilde ik eerst alles op orde hebben had ik steeds gezegd. Een huis en geen appartement, een auto, een goede baan. Het lot besliste anders. Wilde mijn ex zwanger kunnen worden dan was er haast bij geboden zeiden de artsen. Dus zaten we in onze appartement, zonder auto en ik, die net de keuze had gemaakt om de voltijdstudie die ik niet af had gemaakt weer op te pakken, te wachten op ons eerste kindje.
Daar zat ik tussen de studenten van begin twintig in de collegebanken. Dat ik tien jaar ouder was dan mijn studiegenoten, deerde me niet. Ik werd geaccepteerd en probeerde me het nieuwe leren eigen te maken.
Na de meivakantie startte de colleges weer en de docent vroeg geïnteresseerd wat wij gedaan hadden in onze vakantie. De één was was op vakantie geweest en weer een ander was op bezoek geweest bij familie in Duitsland. Nota bene de helft van mijn jaargenoten waren Duitse studenten.
“En Annemieke, wat heb jij gedaan in de vakantie?” Vroeg de docent die netjes het rijtje af ging en niemand over wilde slaan. “Wij hebben een echo laten maken!” vertelde ik trots.
Er viel een vreemde stilte in de klas en de expressie op de gezichten van mijn medestudenten was niet beschrijven. Men leek niet te begrijpen wat ik zojuist had gezegd. Dat bleek ook toen een Duitse student vol verbazing uiteindelijk riep: “Een echo? Jullie hebben staan roepen in de bergen?” Toen ik uitlegde dat het een ultrasound was om te kijken naar een baby, gierden de meiden het uit!
De zwangerschap was pittig, weinig slaap, een pijnlijke rug en de hele dag zin in eten. Ik benijdde mijn ex niet, maar zwangerde verder wel lekker met haar mee. Ook ik begon last te krijgen van zwangerschapsdementie en plakte netjes al mijn foto’s, die al jaren in een doos zaten, in foto-albums, omdat de nesteldrang van mijn ex buitenproportionele vormen aannam.
Na een zware bevalling die uiteindelijk toch in het ziekenhuis plaats vond, namen we onze dochter mee naar huis. Ik zie mezelf nog rennen achter mijn ex die in een rolstoel gezet was. In mijn ene arm de maxicosi, in de andere arm de tas met spullen die al weken klaarstond onder het bed voor noodgevallen zoals deze. Met de camera om mijn nek, hijgend en rennend achter de rolstoel aan door de gangen van het ziekenhuis. Het was net een slapstick. Zelfs in de ernst van dat moment kon ik er om lachen.
Eenmaal thuis begon het wennen aan de nieuwe situatie. Die roze wolk waar men het altijd over heeft, is echt door een man bedacht. Weinig slaap, huilend kind, maar oh zo blij met dit kleine wezentje dat je nog moet leren kennen.
Na drie dagen in de roes te hebben gezeten, werd ik door de kraamverzorgster gevraagd wat spulletjes te halen bij de Etos. Mijn ex had netjes alles voor me opgeschreven en legde me uit waar ik alles kon vinden.
Ik liep verdwaasd door de stad en stapte de Etos binnen. Ik keek om me heen en klampte me aan een medewerkster vast. ” Kun jij me helpen met deze producten? Ik ben net moeder geworden drie dagen geleden en ik weet niet waar ik dit kan vinden”. Stamelde ik. Verbaasd keek de medewerkster me aan zei:” Maar dan zie jij er goed uit zeg na de bevalling!”
Daar had ik geen rekening mee gehouden. Ik zou vanaf toen vaak uit moeten leggen hoe het nu allemaal zit.
Mijn naam is Annemieke. Ik woon samen met mijn vriendin, mijn kinderen en twee katten net buiten de stad. Behalve schrijven, dans ik graag en wandel ik geregeld door de natuur. In mijn columns krijg je een inkijkje in mijn leven.