Gisterenochtend kreeg ik een appje van mijn vriendin Fati. Daarin stond een screenshot van een tweet van journalist Joris Niemöller. Hij schrijft: ‘Anders dan ik eerst dacht, lijkt de moord van de 73-jarige man in Arnhem dus niet allochtoon-gerelateerd. Jongens uit rijke buurt, connecties via tennisclub, twee gaven zichzelf aan. Heel atypisch allemaal.’
Nu is volgens mij elke mishandeling en doodsoorzaak door mishandeling – zeker door minderjarigen – atypisch te noemen, maar Niemöller benoemt in deze tweet wat velen reeds gedacht zullen hebben: ‘Het zullen wel weer Marokkanen zijn geweest.’
Na de recente aanslagen in Frankrijk voedt dit voorbeeld van vooringenomenheid het beeld dat wij, de 17 miljoen islamdeskundigen en Arabisten in dit land, van moslimmigranten hebben: hun (middeleeuwse) gedragingen staan haaks op de (verlichte) normen en waarden die Nederland al zo lang karakteriseren.
‘Just saying,’ had Fati onder de foto van de tweet geschreven.
‘Het is niet nieuw,’ schreef faculteitshoogleraar sociologie aan de UvA Jan Willem Duyvendak reeds in 2016 in de Groene Amsterdammer. ‘Al sinds de jaren negentig gaat de discussie over immigratie en integratie in Nederland vooral over culturele kwesties. Steevast staan dan drie onderwerpen centraal: vrouwenrechten, homorechten en de scheiding van kerk en staat. Moderne opvattingen over gender en seksualiteit, en scheiding van kerk en staat, zijn kenmerkend voor echt Nederlanderschap.’
En:
‘Soms worden deze drie thema’s overigens niet alleen als karakteristiek voor de ‘Nederlandse’ normen en waarden gezien maar nog breder, als het hart van de ‘Europese’ normen en waarden, of zelfs van de Verlichting of de joods-christelijke traditie.’
Onzin, natuurlijk.
Mijn eigen homoseksuele oom trouwde ergens in de jaren zestig nog gewoon met een vrouw, omdat dat nu eenmaal zo hoorde. Mijn oma zaliger had hem op jonge leeftijd al eens gezegd: ‘Gij mot nie trouwe, jongen,’ omdat zij ook wel aanvoelde dat deze zoon ‘atypisch’ was, maar ik denk niet dat het woord ‘homoseksueel’ ooit in mijn grootmoeders woordenboek is voorgekomen, laat staan dat het woord ooit over haar tong gerold is.
“Al sinds de jaren negentig gaat de discussie over immigratie en integratie in Nederland vooral over culturele kwesties”
Zoals de geschiedenis laat zien, en zoals Duyvendak in zijn artikel ook aangeeft, hebben zowel het thema LHBT+ als de twee andere thema’s de afgelopen decennia nauwelijks prioriteit gehad binnen veel politieke partijen.
Bij de christelijke partijen stonden ze uiteraard al helemaal niet hoog op de agenda, als ze überhaupt al geagendeerd werden.
En toen zo’n vijfentwintig jaar geleden de D’66-motie in stemming kwam om onderzoek te doen naar de mogelijkheid van openstelling van het burgerlijk huwelijk voor mensen van hetzelfde geslacht (‘homohuwelijk’) stemde de helft van de VVD-fractie daar tegen. Wim Kok van de linkse PvdA – de premier die het allemaal in goede banen moest leiden – zag er helemaal niets in. Hij had veel liever gezien dat het bij partnerregistratie en samenlevingscontract was gebleven.
Duyvendak: ‘Wie op gepaste, sociologische afstand naar de Nederlandse samenleving kijkt, ziet ongekende transformaties voltrekken. Waar in andere landen nog heftige strijd plaatsvindt over de erfenis van de jaren zestig, heeft bijna heel Nederland deze omarmd. Wellicht niet altijd in de praktijk, maar dan toch zeker in theorie. Alle politieke partijen, met uitzondering van de SGP, hebben zich de gelijkheid van mannen en vrouwen en van homo’s en hetero’s eigengemaakt.’
Dat klopt.
Toen ik mij in mijn vorige gemeente Zaanstad hard maakte voor het gemeentelijk regenboogakkoord, werd deze – op een lokaal rechts partijtje en op DENK na – door alle partijen van de gemeenteraad ondertekend. Inclusief CDA en ChristenUnie.
Dat is winst. En dat is prachtig.
Maar het statische beeld van reeds lang verworven tolerantie en progressiviteit dat wij van onszelf hebben, klopt natuurlijk niet. Dat is een lange, lange weg én lange, lange strijd geweest.
Maar het is juist dàt verwrongen, statische beeld dat we van onszelf hebben dat óók het beeld van de moslimmigrant bepaalt. Conservatief. En met hun religie en cultuur niet in staat ons niveau van Verlichting te bereiken.
Ook onzin, natuurlijk.
Volgens Duyvendak is verlichting voor islamitische vrouwen en homoseksuelen een lonkend perspectief. Zij zullen daar – onder invloed van onze verlichte idealen – zeker werk van maken.
‘Het is onbetwistbaar dat de meerderheid van de bevolking (vrouwen en homoseksuelen) door deze immense verandering een veel beter leven heeft gekregen,’ schrijft Duyvendak, ‘Terwijl heteroseksuele (moslim)mannen wellicht wat minder enthousiast naar deze Umwertung aller Werte staan te kijken.’
Tja.
Zoals ik al eerder schreef, gaan vrouwenemancipatie en LHBT+emancipatie mijns inziens hand in hand. Zij vechten immers beiden tegen ‘machismo’. Tegen de overheersende rol van de teveeltestosteronheteroman in de wereld. Moslim of christen. Gekleurd of wit. Migrant of autochtoon.
“Waar in andere landen nog heftige strijd plaatsvindt over de erfenis van de jaren zestig, heeft bijna heel Nederland deze omarmd”
Machismo en teveel testosteron die – waarschijnlijk in combinatie met uit de hand gelopen groepsdruk – de 73-jarige man in Arnhem fataal is geworden.
Machismo en teveel testosteron die – in combinatie met godsdienstwaanzin – leraar Samuel Paty en de andere Franse slachtoffers fataal zijn geworden.
Of je als leraar nu sterft door het religieuze mes van een gekleurde eenling, of als homo door witte klappen van een groepje opgeschoten tennisclubmaatjes maakt voor de slachtoffers niets meer uit.
Ja, vrouwen en LHBT+ers begrijpen het beter dan de cis-heteroman. Zij weten immers dat met deze door testosteron gepleegde daden elk land zich meteen naar de donkere dagen van de middeleeuwen terugkatapulteerd ziet worden.
Een tijdperk waarin zij nooit meer wensen te vertoeven.
In tegenstelling tot menig man.
En diens atypische daden.
Rick van der Made (Breda, 1968) is dichter, schrijver en columnist. Hij opent voor de lezer de wereld die hemzelf fascineert, ook als deze soms ‘lastig’ wordt. Hij maakt lezers deelgenoot van die (soms alledaagse) wereld, met teksten en gedichten die tegelijkertijd een meer diepgravend beeld geven van die werkelijkheid. En achter die schijnbaar nonchalante beelden liggen grote thema’s: seksualiteit, vluchten, lijden, redding, waanzin. En liefde.
One thought on “Atypisch: toxische testikels”