De basisscholen zijn inmiddels allemaal weer begonnen. Rutgers (kenniscentrum op het gebied van seksualiteit), deed onderzoek naar seksuele vorming in het basisonderwijs. Een van de conclusies: de meeste basisscholen besteden aandacht aan seksuele voorlichting in de klas. Maar een derde van de scholen besteedt geen aandacht aan seksuele diversiteit zoals homoseksualiteit. Reden genoeg het gesprek aan te gaan met expert Elsbeth Reitzema van Rutgers.
Tekst: Paul Hofman
Illustraties: Marian Latour
Het onderzoek naar de seksuele vorming op de basisscholen is reden genoeg om het gesprek aan te gaan met expert Elsbeth Reitzema van Rutgers. Zij weet alles over relationele en seksuele vorming voor kinderen van 0 – 12. Daarnaast ondersteunt ze GGD’en en scholen geeft advies bij publicaties als kinderboeken of kinderprogramma’s over relaties en seksualiteit (waaronder Dokter Corrie).
Wat was de aanleiding van het onderzoek?
“De aanleiding van het onderzoek was dat de Week van de Lentekriebels dit jaar vijftien jaar bestond. Vijftien jaar geleden zijn we deze projectweek voor het basisonderwijs begonnen om scholen te stimuleren relationele en seksuele vorming te geven. We wilden na 15 jaar de balans opmaken en kijken hoeveel scholen nu daadwerkelijk relationele en seksuele vorming geven, de Week van de Lentekriebels organiseren en aan welke thema’s ze in de lessen aandacht
besteden.”
Verrast
Of ze verrast was door de uitkomsten van het onderzoek met name op het gebied van seksuele diversiteit? “We waren blij verrast door de positieve cijfers die uit het onderzoek kwamen. Maar liefst 98% van de basisscholen heeft aandacht voor seksuele vorming. Hiervan geeft 87% dat structureel les. En meer dan de helft (56%) van de basisscholen doet mee aan de Week van de Lentekriebels. Dat zijn hele mooie cijfers en laat zien dat de Week van de Lentekriebels een positieve bijdrage heeft geleverd aan de implementatie van relationele en seksuele vorming in het basisonderwijs.”
Teleurstellend
Dan: “We zijn minder aangenaam verrast door de uitkomst dat bij slechts 65% van de scholen het onderwerp seksuele diversiteit aan de orde komt. Wat opmerkelijk is omdat lesgeven over seksualiteit én seksuele diversiteit sinds 2012 in de kerndoelen is opgenomen en scholen dus verplicht zijn om hier aandacht aan te besteden. We hadden verwacht dat de grote meerderheid van de scholen hier nu wel aandacht aan zou besteden. In de lespakketten die specifiek gemaakt zijn voor relationele en seksuele vorming wordt aandacht besteed aan dit thema. Dus scholen hebben ook de middelen om dit in de klas bespreekbaar te maken en toch doet 1 op de 3 scholen dit niet. Dat is teleurstellend.”
Selectief
Op het thema seksuele diversiteit is een verschil zichtbaar tussen het onderzoek van de Inspectie van het Onderwijs en deze peiling. In het onderzoek van de Inspectie wordt geconcludeerd dat 86% van de basisscholen aandacht besteed aan seksuele diversiteit, terwijl in deze peiling dit percentage lager uitkomt op 65%, zoals je aangaf. Hoe verklaar je dat verschil? “De peiling van de inspectie van het onderwijs uit 2016 bevat maar 69 basisscholen. Ze geven zelf aan dat er sprake was van selectieve uitval, dus dat scholen die actief zijn met het onderwerp meer geneigd waren met het onderzoek mee te doen. De cijfers van de inspectie zijn dus minder representatief en selectiever.”
Politiek aan zet
Wat kan volgens jou beter? “In de kerndoelen van het onderwijs zou moet beter omschreven moeten worden wat er van scholen verwacht wordt als het gaat om lessen over seksualiteit en seksuele diversiteit, zodat de lessen inhoudelijk beter worden. De onderwijs inspectie zou nader onderzoek moeten doen en er zouden duidelijkere richtlijnen moeten komen voor scholen. We vinden dat de politiek aan zet is om hier verandering in te brengen.” Want dat 1 op de 3 basisscholen geen les over homoseksualiteit geeft is anno 2020 ronduit schokkend.