Don’t ask, don’t tell. Het vriendje van de centurio?

Vertalen is misschien wel lastiger dan lezen! Dat geldt zeker voor de Bijbel. Hoewel we de brontalen van de Bijbel (Hebreeuws, Aramees en Koine-Grieks) goed kunnen lezen, is vertalen altijd keuzes maken. Sommige woorden hebben een dubbele betekenis of zijn in onze tijd niet zo makkelijk meer te begrijpen. Kennis van de cultuur van toen is dus noodzakelijk, maar ook de achtergrond van de vertaler is van belang. Er kunnen namelijk zomaar bepaalde dingen wegvallen. Bijvoorbeeld dat er een Romeinse legeraanvoerder bij Jezus komt om niet zijn slaaf, maar zijn vriendje te laten genezen!

Stijn Jephta Van Der Woude

In de Romeinse tijd van de Bijbel werd seksualiteit op een hele andere manier ingevuld dan bij ons in 2020. Homoseksualiteit en heteroseksualiteit zoals wij dat definiëren bestond niet. Natuurlijk had het overgrote deel van de mensen een heteronormatieve relatie, maar er bestonden ook andere vormen. Een veelvoorkomende relatievorm was de zogenaamde erastes-eromenos relatie. Dit was een relatie tussen een volwassen man en een jongere jongen, wiens leeftijd verschilde van een jonge adolescent tot beginnende twintiger. Meestal was dit een romantische relatie maar deze kon ook seksueel ingevuld worden. De jongere partij, de eromenos, deed dit vaak als onderdeel van een leertijd die hij bij de oudere partij, de erastes, volgde. Op deze manier kon de jongere partij vaak met maar weinig kosten een opleiding volgen. Het was een in die tijd vrij geaccepteerde vorm van seksualiteit.

St. Maurits en Theofredus, 1460–80, Nebridio (Getty Museum)

De relatie kon bestaan uit twee ‘vrije’ mensen, maar bestond ook tussen een slaaf en een meester. Bovendien kwam het ook in het Romeinse leger voor. In de Bijbel lezen we ook over zo’n relatie tussen een Romeinse centurio (een legeraanvoerder) en zijn slaaf. Nouja, slaaf? Het lijkt erop dat er tussen die twee meer speelde dan dat.

In het evangelie van Mattheüs lezen we in hoofdstuk 8: ‘’Toen Jezus de plaats Kafarnaüm binnenkwam kwam er een Romeinse centurio naar hem toe die hem om hulp smeekte. ‘’Heer, mijn slaaf ligt thuis verlamd op bed en hij heeft veel pijn’. Jezus zei tegen hem: ‘Ik zal met je meegaan en hem genezen’.

Er volgt een gesprek tussen Jezus en de centurio en Jezus is zo onder de indruk van de centurio, dat hij zijn ‘slaaf’ inderdaad geneest. Het verhaal is origineel in het Koine-Grieks geschreven. Dit is een versie van het Grieks dat in die tijd eenzelfde functie had als het Engels voor ons nu: het werd in een groot gebied gesproken en veel mensen begrepen het redelijk. Wanneer we naar de originele Griekse tekst kijken, dan zien we daar dat die ‘slaaf’ wordt aangeduid met het woordje pais (in het Grieks: παῖς).

Het lastige nu is dat pais veel verschillende betekenissen heeft. Het kan ‘dienaar’ betekenen, ‘jonge jongen’, maar het werd ook als een soort koosnaampje gebruikt in die tijd, om aan te geven dat je een sterke emotionele relatie met iemand had. De vertalers hebben er in ieder geval duidelijk moeite mee gehad. Omdat het gebruikelijk was dat hoge legeraanvoerders dienaren of slaven hadden, hebben veel Bijbelvertalingen het woord pais met het woord slaaf of dienaar vertaald. Sommige hebben het woord vertaald met ‘zoon’, omdat het woordje pais ook een ‘jonge jongen’ kan beteken. Wellicht wilde de centurio hulp voor zijn jonge zoon.

Al deze vertalingen zouden kunnen, ware het niet dat het wat onlogisch is. Slaven werden in die tijd namelijk vaak aangeduid met het vele vaker gebruikte woord doulos (douloς) en ook voor het woord zoon, is er een meer voor de hand liggend woord, namelijk huiós (υἱός).

Centurion icoon, Zaqueo

Misschien nog wel belangrijker, waarom zou zo’n hooggeplaatste centurio zich druk maken om een simpele slaaf? Hoe hard het voor ons misschien ook klinkt, in die tijd waren de machtsverhoudingen in de maatschappij heel duidelijk. Was je een slaaf, dan bleef je (meestal) een slaaf en moest je doen wat je werd opgedragen. Stond je bovenaan de maatschappelijke ladder, dan kon je eigenlijk vragen van je slaaf wat je wilde. Hij of zij mocht een verzoek niet weigeren, ook niet als het gaat om vernederende handelingen. Zo zijn er bijvoorbeeld documenten uit die tijd bekend waarin de ervaringen van slaven worden beschreven en we kunnen lezen, dat zij hun meester of meesteressen soms jarenlang moesten ‘plezieren’ wanneer die daar behoefte aan hadden. Een slaaf bij een rijke burger had het echter wel veel beter dan een slaaf in een gewoon huishouden. Zo werden slaven van rijke burgers bijvoorbeeld ook gebruikt voor diplomatieke opdrachten.

Waarom zou zo’n centurio zich dus druk maken om een slaaf? Logischer zou zijn om de slaaf aan zijn ziekte te laten overlijden en een nieuwe te kopen. Wellicht was hij gehecht aan de slaaf omdat deze inmiddels goed wist wat hij moest doen? Wellicht had hij inmiddels veel geld in hem geïnvesteerd en was hij daarom bang dat de ‘slaaf’ zou overlijden? Maar ook dat ligt niet voor de hand. Het woordje pais dat voor de ‘slaaf’ wordt gebruikt, is namelijk ook een veelgebruikt synoniem voor de eromenos: die jongere partij in een erastes-eromenos relatie. Als het een jonge ‘slaaf’ was geweest had deze nog niet veel kunnen leren.

Zou de centurio misschien dan toch romantische gevoelens hebben gehad voor de jongere, zieke ‘slaaf’? Seksuele en romantische relaties tussen mannen waren in die tijd normaal, maar alleen naast de gewone, heteronormatieve relatie. Dat rijke mannen een ‘bijslaap’ hadden of hun dienaar gebruikte voor seksuele handelingen was geaccepteerd, maar een relatie tussen twee mannen zoals ‘onze’ homoseksuele relatie nu, dat was niet gewoon in die tijd.

St. Sergius en Bacchus, Cristianas y Cristianos de Madrid.

Zou de centurio wellicht uit pure wanhoop toch het risico hebben genomen dat zijn relatie bekend zou worden? We weten het niet zeker. Wellicht was het een tweeduizend jaar oud geval van dont’s ask, dont’ tell. Ook in de samenleving van die tijd en in het leger van toen, kon niet alles worden verteld uit angst voor gezichtsverlies, zeker als je hooggeplaatst was.

De passage leert ons in ieder geval: relaties die niet geaccepteerd zijn, gebeuren altijd in het geheim! En wanneer ze worden vertaald door mensen die zelf niet zo’n relatie hebben, kunnen ze zomaar worden ‘wegvertaald’. Zouden er in de geschiedenis, niet veel meer van dit soort gevallen zijn?

 

Volgende keer in Queering the Bible: Ruth, een Bijbelse vluchteling.

•••

Adverteren op Gaykrant en daarmee onafhankelijke journalistiek met een regenboograndje mogelijk maken?

Klik hier voor meer informatie!

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.