Na de Walk of Love de zaterdag na IDAHOBIT in Utrecht is afgelopen week het Pride-seizoen in ons land ‘officieel’ van start gegaan met Alkmaar Pride. Het hoogtepunt van dit festijn – de Grachtenparade – vond zaterdag voor de negende keer plaats, onder een stralende hemel en onder grote publieke belangstelling. Als Gaykrant-redacteur/-ambassadeur (dit jaar op zoek naar bijzondere en innovatieve bijdragen) mocht ik meevaren op Boot 15, de boot van drie samenwerkende ‘cafés’ voor mensen met een verstandelijke beperking/niet aangeboren hersenletsel in Noord-Holland.
Door: Christian Curré
Het gaat om Café Hoezo Anders (Alkmaar), Café Pride (Wormerveer) en Café Gay Okay (Haarlem), veilige (en dit geval samenwerkende) ontmoetingsplekken voor LHBT+’ers met een verstandelijke beperking of NAH (niet aangeboren hersenletsel) – gecoördineerd door lokale afdelingen van het COC, zorginstellingen en stichtingen.
Als je het zo als riedeltje opschrijft klinkt het heel makkelijk, logisch en vanzelfsprekend. Toch is het dit allerminst, want als je in gesprek gaat met de deelnemers aan de boottocht ontdek je niet alleen hoe bijzonder het is dat deze boot überhaupt meedoet, maar ook dat er in onze samenleving onbekendheid met deze roze doelgroep leeft maar er ook grote doorlopende organisatorische en financiële uitdagingen zijn om zaken zoals deze deelname of het draaien van de cafés mogelijk te maken. We vierden tijdens de Grachtenparade met onze boot diversiteit, maar ook nog eens met een extra laagje: binnen de *groep* ‘mensen met een verstandelijke beperking of niet aangeboren hersenletsel’ valt een zeer wijde waaier van personen met allemaal een verschillende soort en mate van beperking. Op de boot zorgde dat voor een unieke en geweldige sfeer, maar tijdens het organiseren van de verschillende cafés en activiteiten het jaar rond is de inhoudelijke en organisatorische aanpak alles behalve evident. Sommige mensen hebben moeite om zich uit te drukken, anderen hebben ook last van fysieke beperkingen en bij weer anderen heb je in eerste instantie helemaal niet door dat ze te maken hebben met welke beperking dan ook. Alle deelgroepen kennen dus hun eigen uitdagingen en mogelijkheden.
Zonder vrijwilligers was onze hele boot er niet geweest. Was de Pride er ook niet geweest. En de cafés sowieso ook al niet. De inzet van veel mensen die bereid zijn om hun moment van feesten of Netflixen willen inruilen voor zorg voor deze doelgroep maakt het verschil tussen nauwelijks iets meemaken of een prettig leven hebben. Naast de ouders/verzorgers (die ook nog andere aspecten in het leven hebben) en de zorgprofessionals (waarvan er steeds minder zijn die dan ook nog eens te maken hebben met bezuinigingen en bureaucratische rompslomp) geven zij kleur aan het leven van de cliënten. Een regenboogkleur, in dit geval.
Zo kreeg ik van een groepsbegeleidster uit Wormerveer (voormalig zorgprofessional, nu nog steeds vrijwilliger) uitleg over de aspecten waar je over na moet denken als je het hebt over mensen met een verstandelijke beperking en hun gender/oriëntatie. Schipperen (!) tussen integriteit, bescherming en behoefte; hoe informeer en bescherm je cliënten zodanig dat ze kunnen ontdekken en zijn ‘wie ze zijn’ terwijl je ze toch beschermt tegen zichzelf, hun mede-cliënten en de buitenwereld. Dit mag cru klinken, maar is uitstekend uitgedrukt: bij een gebrek aan remmingen of juist een overdosis enthousiasme liggen vormen van misbruik op de loer, met alle ongewenste gevolgen vandien. Anderzijds wil je mensen ook hun privacy en persoonlijk leven gunnen, wat leidt tot maatwerk per individu. Maar dát begeleiden en tot stand brengen is dus helemaal niet zo makkelijk als het klinkt. Mensen die zorgbehoeftig zijn en in een zorgomgeving verblijven zijn bijvoorbeeld al zelden alleen, probeer dan maar eens aan ontdekken of een experiment toe te komen…
Naast dit enorm leerzame aspect sprak ik met een vrijwilliger uit Haarlem die bij de opzet van het café aldaar betrokken is geweest en er nu na jaren nog steeds actief is. En dan eens helemaal niet vanuit een professionele zorgachtergrond, maar juist vanuit een intrinsieke motivatie om naast een wat zakelijker en technischer werkomgeving ook iets concreets voor de medemens met een beperking te kunnen doen. Wat hij merkt is dat er zo’n ingewikkeld financieel en organisatorisch plaatje speelt om cliënten überhaupt het café te kunnen bieden en ze aanwezig te kunnen laten zijn. De instellingen willen het alleen als kostenpost opnemen als duidelijk is dat hún cliënten er rechtstreeks van profiteren; bovendien is een lange-termijn commitment erg moeilijk tot stand te brengen. Ook de samenwerking met en subsidies vanuit een gemeente zijn niet vrij van afwegingen, keuzes en beperkte middelen. De vrijwilligers vormen het cement tussen alle delen/belangen en ‘maken het verhaal’. Nu stond ik er als redacteur van de Gaykrant ook als vrijwilliger, maar van deze verhalen was en ben ik diep onder de indruk. Ander deel van het cement is het COC Nederland, dat met hun programmalijn Zonderstempel.nl een platform/website biedt voor LHBT+’ers met een verstandelijke beperking, en hun verzorgers en begeleiders. Vanuit hun programma worden (zorg-)instellingen ook beloond met een ‘roze loper’ als zij zich in hun beleid en aanpak regenboogvriendelijk hebben getoond.

Terug naar de Grachtenparade, terug naar Boot 15. Een bont, blij en trots gezelschap zit, staat en swingt en geniet van de hilariteit (en het goed verzorgde eten en drinken!) op de boot zelf – het bukken voor de zéér lage bruggetjes in historisch Alkmaar! – en de aandacht vanaf de wal. Openheid, verbondenheid, warmte en trots, dat voelde ik. Bij mezelf, bij de cliënten en zeker ook bij alle mensen die hier actief al tijden aan hebben gewerkt. Het was een trotse boot: trots op ‘anders anders-zijn’. De hele parade was een uiting van trots: proud to be out. En de Alkmaar Pride was ook trots, en dat mag ook want ook hún organisatie draait (drijft, wilde ik geheel in thema schrijven) ook op vrijwilligers. De verpersoonlijking hiervan is voor mij Maaike Kardinaal, voorzitster van de Pride en overal als een generaal (kapitein, wilde ik hier dus schrijven) aanwezig om met zorg en aandacht te waken over haar deelnemers. Bastiaan Zuidhof was onze eigen held aan boord, want namens Hoezo Anders de organisator en gastheer van de boot waarop we zoveel lol hadden. Dank voor een geweldige ervaring! En volgend jaar een jubileumjaar, de tiende editie: dat belooft wat!
Geniet van de fotoserie die ik met instemming van de afgebeelde personen en organisatoren maakte: dit is ‘liefde en diversiteit’ in een notedop: te bekijken op onze Facebookpagina.
Grandioos Altijd mooi weer en volgende jaar hopen wij van Happy Boys en Girls er bij te zijn
We gaan onze best doen !
We komen steeds verder met onszelf zijn en daar gaat het om, om liefde want liefde betekent jezelf zijn?. Heel veel liefde en veel plezier.