Vandaag – 9 mei – is het Europadag, Dag van de Europese Unie (EU), De EU heeft het leven van ons allen ingrijpend veranderd. Ook op het vlak van LHBT+ rechten zorgde de unie in vele lidstaten voor vooruitgang. Maar is die trots wel terecht? Is de Europese Unie wel zo progressief als ze zich voordoet?
Op de hymne van de Europese Unie beklom Emmanuel Macron het podium om zijn overwinningspeech te geven na de Franse presidentsverkiezingen van vorig jaar. Een golf van enthousiasme en geruststelling trok door de Europese Unie. Anderhalf jaar na zijn verkiezing blijft van dat enthousiasme nog maar weinig over. Geruststelling is er al helemaal niet meer.
LHBT+ rechten lijken meer en meer tot de gemeenschappelijke waarden en normen te horen van de Europese Unie. Steeds meer landen in de unie laten het huwelijk tussen personen van hetzelfde geslacht toe. De vooruitgangspluim moet echter niet op de hoed van de Europese Unie gestoken worden. Sinds 2000 nam de EU geen enkel serieuze beslissing meer die voor meer gelijkheid zorgde voor de LHBT+ gemeenschap.
Binnenlands beleid
In 2000 werd een directief aangenomen dat geen discriminatie toelaat op de werkvloer op basis van seksuele geaardheid. Vooral in veel voormalige Oostbloklanden was de introductie van deze regel bij het toetreden tot de unie een enorme stap voorwaarts.
Sindsdien blijft vooruitgang voor LHBT+ rechten binnen de EU voornamelijk bij wat gerommel in de marge. Dat komt grotendeels door het onvermogen van de Europese beleidsmakers om beslissingen te nemen. In de Europese Raad blokkeren heel wat Centraal- en Oost-Europese landen voorstellen voor meer gelijkheid voor LHBT+ rechten. Roemenië en Hongarije schreven zelfs de voorbije jaren expliciet in hun grondwet dat het huwelijk een unie tussen personen van verschillende geslachten is.
Onderzoeker Dr. Marcus Thiel beweerde in 2015 dat het streven voor gelijke rechten in de lidstaten van de Europese Unie gebaseerd is op de markt van vraag en aanbod. Hoe zit dat dan in elkaar? Thiel ziet een economische hiërarchie in het toekennen van gelijke rechten in de unie. In deze hiërarchie staan heteroseksuele vrouwen bijvoorbeeld boven homoseksuele mannen. Wanneer in een land de markt, de bevolking en de bedrijven, niet klaar zijn voor meer gelijkheid tussen heteroseksuelen en homoseksuelen, zal de Europese Unie ook niet vragen om progressieve wetgeving aan te nemen.
“In het sterk katholieke Polen is de grootste oppositieleider een openlijk homoseksuele man.”
Buitenlands beleid
In het buitenlands beleid durft de Europese Unie gelukkig wel af en toe haar stoute schoenen aan te trekken. Zo hebben landen als Bosnië-Herzegovina en Albanië onlangs een anti-discriminatiewetgeving aangenomen die zich specifiek richt tot mensen met een andere seksuele geaardheid.
Ook bij de onderhandelingen rond de visa-liberalisering en het associatieverdrag met Oekraïne heeft de EU voor veranderingen kunnen zorgen. Zo nam in 2015 het Oekraïense parlement een wet aan die discriminatie op basis van seksuele geaardheid en genderidentiteit verbiedt op de werkvloer. Ook zorgde de EU ervoor dat een anti-propagandawet in de voormalige Sovjetrepubliek niet werd aangenomen. Volgens EU-officials zouden ze zelfs tot een verbreking van het associatieverdrag overgaan indien de fundamentele rechten voor LHBT+ personen in het gedrang komen in Oekraïne.
Tijd voor vooruitgang
Met fundamentele rechten valt niet te sollen. Dat is een van de kernwaarden die alle lidstaten verbindt. Echter merken we dat de lidstaten nogal kieskeurig zijn bij het kiezen van wie en wat tot die fundamentele rechten behoort.
Maar er is verandering op til. Onderzoek wees uit dat in het Hongarije van de conservatieve populist Viktor Orban 64 procent van de bevolking voor gelijke rechten voor LHBT+-ers is. Tsjechië zou dit jaar wel eens het ‘homohuwelijk’ kunnen invoeren. En in het sterk katholieke Polen is de grootste oppositieleider een openlijk homoseksuele man.
“In het Poolse Warschau kon ik als barricadenicht pur sang gewoon mezelf zijn”
Ik heb zelf acht maanden gestudeerd in het Poolse Warschau. Als barricadenicht pur sang kon ik er gewoon mezelf zijn. Ik kon er genieten van een uitgebreid en aangenaam uitgaansleven voor LHBT+. De Warsaw Pride kon er vorig jaar op 50.000 deelnemers rekenen. Warschau weerspiegelt allesbehalve de rest van Polen, maar het toont wel aan dat er verandering op til is.
Je zou dus weleens kunnen denken dat het tijd wordt voor de volgende stap, niet? Laten we even alle debatten over de wettelijke haalbaarheid achterwege laten. Is het niet tijd voor een beweging die strijdt voor een Europees ‘homohuwelijk’? Verandering begint bij kleine stapjes, maar na een status quo van achttien jaar mag de LHBT+ gemeenschap wel wat ambitie van de Europese Unie vragen.
Afsluiten doe ik met de wijze woorden van de stichter van de Europese Unie, Robert Schuman: “Europa zal niet in één keer gemaakt worden, of door een beleidsplan. Het zal gemaakt worden op basis van concrete verwezenlijkingen die solidariteit creëren.”